Wereldkampioenschappen veldrijden 2001

De wereldkampioenschappen veldrijden 2001 werden gehouden in het weekend van 3 en 4 februari 2001 in Tábor, Tsjechië. Door een veranderend weerpatroon tijdens het weekend — een snelle bevroren omloop veranderde in een drassige modderpoel en schaatspiste — kreeg men spektakel in de koers bij de mannen elite.

WK veldrijden 2001
Datum 3-4 februari 2001
Plaats Vlag van Tsjechië Tábor, Tsjechië
Editie 52
Organisator UCI
Kampioenen
Mannen elite Vlag van België Erwin Vervecken
Vrouwen elite Vlag van Duitsland Hanka Kupfernagel
Mannen beloften Vlag van België Sven Vanthourenhout
Jongens junioren Vlag van Tsjechië Martin Bína
Navigatie
2000     2002
Veldrijden
Portaal  Portaalicoon   Wielersport

Verloop bewerken

Voorbeschouwing: Groenendaal tegen de Belgen? bewerken

De Belgen waren favoriet voor de titel terwijl uittredend wereldkampioen Richard Groenendaal een succesvol seizoen kende in de Superprestige en de Wereldbeker. Groenendaal reed nog steeds voor het eerder onder vuur liggende Rabobank-team, vanwege de gebeurtenissen op het vorige wereldkampioenschap. In december 2000 kende Groenendaal een vormdip, maar eind januari 2001 won hij de laatste Wereldbekermanche in Pontchâteau. Groenendaal gaf opnieuw blijk van een goede conditie, maar ziekte dreigde roet in het eten te gooien voor de titelverdediger. Groenendaals ploegmaat Sven Nys was ook goed op dreef, hij won de voorlaatste Wereldbekermanche in Zeddam.[1] Tweevoudig wereldkampioen Mario De Clercq kende geen te best seizoen qua zeges, maar won het BK in Mol, voor Erwin Vervecken en Bart Wellens. Clercqske won imponerend de zware Koppenbergcross, maar won geen veldritten uit de regelmatigheidscriteria.[2] Erwin Vervecken verkeerde in uitstekende vorm. Dé bepalende factor werd het Tsjechische hondenweer. Ineens sloeg 's nachts het weer om. Het droge parcours werd een ijzige modderbrij.[3]

Groenendaal sprak vooraf klare taal en zei dat "hij er [als Rabobank-renner] geen voordeel bij heeft mocht [Sven] Nijs [sic] wereldkampioen worden", leerde het Vlaamse dagblad De Morgen op de dag voor het wereldkampioenschap. Groenendaal zou Nys geen cadeaus uitdelen, niettegenstaande de controverse in zijn achtertuin Sint-Michielsgestel van het jaar ervoor.[4]

Vervecken finaal aan het feest bewerken

De Belgen Bart Wellens, die voor het eerst bij de profs meedoet aan een wereldkampioenschap, en vooral favoriet Sven Nys, worden puur kwalitatief benadeeld door het slechte weer aangezien de jonge wolven niet gedijen in die omstandigheden. Nys schitterde in zijn nadagen meestal in slecht weer, maar hij moest het op jonge leeftijd hebben van snellere omlopen. Dat het weer impact op hen heeft zou duidelijk blijken in de koers. Wellens geeft al vroeg op na een val en wordt onderkoeld met een ambulance afgevoerd.[5] Nys doet lang mee voor de winst, maar valt, en hij wordt vierde. Hij krijgt een volle minuut achterstand aangesmeerd.

Tevens zag Nys dan alreeds hoe één renner boven zichzelf aan het uitstijgen was. De rijzige Tsjech Petr Dlask is ijzersterk. Naarmate de finale nadert, verdappert hij voort en vormt hij een bedreiging voor de Belgen. Titelverdediger Groenendaal komt nooit in het kijkstuk voor en geeft op 'wegens voedselvergiftiging', zo lichtte vader Rein Groenendaal toe in het Leidsch Dagblad.[6]

Erwin Vervecken doet zijn reputatie van kampioenschapsrenner alle eer aan. Samen met Mario De Clercq moet hij na Nys' valpartij de Belgische vloot redden. In de laatste ronden kunnen ze Petr Dlask niet afschudden tot de beslissing valt op de trappen. In wat De Clercq beschouwt als wederdienst aan Vervecken, gooit hij zijn fiets opzij waarbij hij Dlask genoeg kan hinderen. Vervecken, die aan kop loopt, krijgt een seconde bonus. De Clercq houdt Dlask af, waardoor Vervecken solo naar zijn eerste wereldtitel lijkt te rijden. Dlask komt nog sterk opzetten, maar hij komt uiteindelijk tekort. Na jaren van falen is de Lange van Lille eindelijk wereldkampioen. De Clercq moet in de laatste meters de rol lossen en pakt brons, 13 seconden na de zilveren Dlask.[6]

Uitslagen bewerken

Mannen, elite bewerken

Plaats Renner Land Tijd
  Erwin Vervecken   België 1:01.54
  Petr Dlask   Tsjechië + 0.01
  Mario De Clercq   België + 0.14
4. Sven Nys   België + 1.07
5. Jiří Pospíšil   Tsjechië + 1.11
6. Henrik Djernis   Denemarken + 1.29
7. Wim de Vos   Nederland + 1.41
8. Camiel van den Bergh   Nederland + 1.49
9. Tom Vannoppen   België + 2.25
10. Václav Ježek   Tsjechië + 2.36

Mannen, beloften bewerken

Plaats Renner Land Tijd
  Sven Vanthourenhout   België 51.55
  Tomáš Trunschka   Tsjechië + 0.16
  David Kášek   Tsjechië + 0.36
4. Wim Jacobs   België + 0.38
5. Aurelien Clerc   Zwitserland + 0.40
6. Wilant van Gils   Nederland + 0.43
7. Martin Zlámalík   Tsjechië + 0.53
8. Davy Commeyne   België z.t.
9. Josef Soukup   Tsjechië z.t.
10. Freek de Jong   Nederland z.t.

Jongens, junioren bewerken

Plaats Renner Land Tijd
  Martin Bína   Tsjechië 38.54
  Radomír Šimůnek   Tsjechië + 0.19
  Jan Kunta   Tsjechië z.t.
4. Romain Fondard   Frankrijk + 0.40
5. Pierre-Bernard Vaillant   Frankrijk z.t.
6. Milan Vocadlo   Tsjechië z.t.
7. Geert Wellens   België + 0.56
8. Mariusz Gil   Polen + 1.06
9. Kor Steenbergen   Nederland + 1.18
10. Simon Zachner   Zwitserland + 1.21

Vrouwen bewerken

Plaats Renster Land Tijd
  Hanka Kupfernagel   Duitsland 28.29
  Corine Dorland   Nederland + 0.35
  Daphny van den Brand   Nederland + 0.41
4. Ann Grande   Verenigde Staten + 0.45
5. Laurence Leboucher   Frankrijk + 0.47
6. Louise Robinson   Verenigd Koninkrijk + 1.02
7. Nicole Cooke   Verenigd Koninkrijk + 1.06
8. Debby Mansveld   Nederland + 1.08
9. Rachel Lloyd   Verenigde Staten + 1.18
10. Reza Hormes-Ravenstijn   Nederland + 2.05

Medaillespiegel bewerken

 Plaats  Land   Goud   Zilver   Brons Totaal
1   België 2 0 1 3
2   Tsjechië 1 3 2 6
3   Duitsland 1 0 0 1
4   Nederland 0 1 1 2
Totaal 4 4 4 12