Een '''bijvak''' is een studievak dat men naast zijneen hoofdvak beoefent of bestudeert. Op de [[voortgezet onderwijs|middelbare school]] in [[Nederland]] moetmoeten er tegenwoordigetegenwoordig [[Nederland - Profielen Tweede Fase|profielprofielen]]en gekozen worden gekozen. In zo'nEen profiel zittenbestaat uit een aantal verplichte vakken (de hoofdvakken). Naast deze vakken kan men zijn of haar interesse en kennis verbreden door extra vakken er bij te nemenkiezen.
Op de [[universiteit]] volgt men een hoofdstudie die tegenwoordigetegenwoordig vaak met de Engelse term '[[major]]' wordt aangeduid. Naast deze hoofdstudie worden de studenten gestimuleerd hun horizon te verbreden en over zijn eigen [[vakgebied]] te kijken door de [[Algemeen Vormende Vakken]] (AVV) te kiezen. Deze vakken worden ook ''bijvakbijvakken'' genoemd. Men kan tegenwoordig ook de bijvakken uitbreiden tot een '[[minor]]'. Een minor is een pakket van vaak 3 tot 6 curssusen verspreid over het hele collegejaar. Een minor levert tussen de 20 - 30 ec[[Studiepunt|EC]] op.
Een minor is in principe voor alle studenten. Soms worden er eisen gesteld aan de studenten zoals het behaald hebben van de [[propedeuse]] of aanwezige voorkennis.
