Vleugelverdediger: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
een back is een achterspeler of verdediger die ofwel centraal ofwel op de flank (vleugel) kan worden uitgespeeld
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 1:
Een '''vleugelverdediger''', '''flankverdediger''', in Engeland en steeds vakervaak in België ook wel '''wingback''' genoemd, is een positieaanvallend dieingestelde voorkomtbuitenste of uiterste verdediger bij [[hockey]] en [[voetbal]]. In het voetbal komen vleugelverdedigers meestal voor in een 5-3-2 opstelling waarbij de vleugelverdedigers langs de lijn oprukken naar het middenveld terwijl het 'blok' van drie centrale verdedigers voor alle zekerheid achteraan blijft. Een elftal hoeft niet altijd met een vleugelverdediger te spelen. Eigenlijk gebeurt dit alleen als een elftal met vier of vijf [[verdediger (voetbal)|verdedigers]] speelt. De vleugelverdediger heeft in het voetbal twee taken, verdedigen en aanvallen, ook wel overvleugelen genoemd. Wanneer de tegenstander met een [[vleugelspeler|buitenspeler]] speelt heeft de vleugelverdediger als voornaamste doel deze te neutraliseren. Als de tegenstander zonder buitenspeler speelt, dan heeft de vleugelverdediger als voornaamste taak bijsluiten in de aanval. In de praktijk moet een vleugelverdediger beide kunnen en zal hij in een wedstrijd af moeten wegen wanneer hij aanvalt en wanneer hij verdedigt. Moderne voorbeelden van aanvallend ingestelde backs zijn [[David Alaba]], [[Denzel Dumfries]] en [[Joshua Kimmich]].
 
Bij [[krachtbal]] speelt men meestal met een ruitverdediging met twee '''vleugelverdedigers'''. Zij moeten trachten de aanval van de tegenpartij af te breken door de bal te vangen of af te blokken voor de doellijn of middenlijn. Bij hoge aanvallen kunnen zij trachten de bal door te toetsen naar de achterspeler, bij lage aanvallen kunnen zij er ook voor opteren om terreinwinst te beperken. Zij stellen zich meestal zo op dat zij de hoge aanvallen nog kunnen door toetsen en zo de aanvaller verplichten om een lage aanval te doen met een kleinere terreinwinst. Een andere opstelling is dat zij zich dichterbij opstellen om zo de aanvaller te dwingen een hoge aanval te doen, die dan kan opgevangen worden door de achterspeler of libero. De beide vleugelverdedigers worden meestal gestuurd door de achterspeler, die hen achteraan houdt of één of beide vleugelverdedigers naar voor stuurt.