Acht Zaligheden (streek): verschil tussen versies

Voornamelijk in de 19e eeuw verwierf de Acht Zaligheden landelijke beruchtheid met betrekking tot de schrale zandgronden, waarvan de heersende armoede en de beperkte ontwikkelingen in die tijd het gevolg waren. In het gros van de publicaties van weleer werd expliciet de nadruk gelegd op de primitieve toestanden, waarbij de [[bodemstructuur]] en [[Bodemkwaliteit|-kwaliteit]] telkens als de voornaamste oorzaak werd bestempeld. Een van de eersten, zo niet de eerste, die refereerde naar het ontstaan van de naamgeving was [[Willem Jan Dirk van Iterson|W.J.D. van Iterson]] in zijn publicatie van 1868. Hierin schreef de [[landbouwkundige]] dat de Acht Zaligheden ontstaan zouden zijn in de periode dat de Nederlandse soldaten gelegerd waren in de grensstreek en dat de naam voortgekomen zou zijn ten gevolge van de arme Kempische zandgrond, maar vermeldt verder geen verantwoordelijke voor de naamgeving.<ref name="Iterson"/> Ook dr. C.R. Hermans verwees in zijn publicaties van 1841 en 1845 nadrukkelijk naar deze onvruchtbare en schrale grond en benadrukt dit bewust door in zijn tweede publicatie deze zandgrond een ''armzalige bodem'' te noemen. Hiermee lijkt Hermans te suggereren dat de term ''armzaligheden'' toentertijdtoendertijd smalend omgezet werd naar Sellig- of Zaligheden.<ref name="Hermans">[https://books.google.nl/books?id=FOpOAAAAcAAJ&printsec=frontcover&dq=inauthor:%22Cornelius+Rudolphus+Hermans%22&hl=nl&sa=X&ved=2ahUKEwiL_-T_rZnvAhVQmqQKHSCxA8UQ6AEwCXoECAQQAw#v=onepage&q&f=false Geschied- en aardrijkskundige beschrijving der provincie Noord-Braband - Cornelis R. Hermans (1845) (p. 151)] books.google.nl 5 maart 2021</ref> De verwijzing naar het woord armzalig en de [[woeste grond]] valt ook in 1872 bij prof. [[Franciscus Cornelis Donders|F.C. Donders]], die zelf tot de jaren dertig van de 19e eeuw zijn jeugd heeft doorgebracht in de Acht Zaligheden, en noemde de daarbijbehorende plaatsen ''de armzaligste [[Keuternederzetting|heidorpen]] op de zuidelijke grenzen van Noord-Brabant''.<ref name="Donders">[https://books.google.nl/books?id=J7NkAAAAcAAJ&printsec=frontcover&dq=inauthor:%22F.C.+Donders%22&hl=nl&sa=X&ved=2ahUKEwjd68eVnbjvAhVKPewKHQZPCgw4ChDoATAAegQIAhAD#v=onepage&q&f=false Levensschets van Gustaaf Eduard Voorhelm Schneevoogt - F.C. Donders (1872) (p. 7)] books.google.nl 17 maart 2021</ref> Dat de beruchtheid omtrent de arme zandgronden zich niet alleen beperkte tot de provincie Noord-Brabant, bleek onder andere uit een verslaglegging van de [[Tweede Kamer der Staten-Generaal]] over de [[parlementaire zitting]] van het jaar 1859, waarin de Acht Zaligheden werd gebruikt als vergelijkingsmateriaal om zo de situatie van het destijds evengoed achtergestelde [[Drenthe]] te verduidelijken.<ref name="tweedekamer">[https://books.google.nl/books?id=npCmyrzTGdMC&printsec=frontcover&dq=editions:FJxj3ZiQVpwC&hl=nl&sa=X&redir_esc=y#v=onepage&q&f=false Verslag der Handelingen, deel 2 (1860) (p. 82)] books.google.nl 19 juli 2021. [https://web.archive.org/web/20210721000146/https://books.google.nl/books?id=npCmyrzTGdMC&printsec=frontcover&dq=editions:FJxj3ZiQVpwC&hl=nl&sa=X&redir_esc=y#v=onepage&q&f=false Gearchiveerd] op 5 december 2021.</ref> Ook uit rapporten van de [[Maatschappij van Welstand]] uit het jaar 1879 bleek de grensstreek bij lange na niet te voldoen aan de agrarische behoeftes van [[Holland]]se en [[Gelderland|Gelderse]] [[Boer (beroep)|boeren]].<ref name="welstand">[https://books.google.nl/books?id=K1haVW1Z5JkC&printsec=frontcover&hl=nl&source=gbs_ge_summary_r&cad=0#v=onepage&q&f=false Rapporten over de eigendommen der Maatschappij tot bevordering van welstand, voornamelijk onder landlieden, uitgebracht na eene op hare uitnoodiging gehouden algemeene inspectie (1879) (p. 51)] books.google.nl 27 augustus 2021</ref>