Gebruiker:CalvinKeutgen/Lijst van letterkundige begrippen: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Testupload via API door Gebruiker:OlafJanssen @17:15:19
Testupload via API door Gebruiker:OlafJanssen @11:06:26
Regel 8:
;Adversaria : Een boek met mengelwerk.
;[[Agnitio]] : Term die aangeeft dat een personage tot inzicht komt in de aard van de situatie waarin zij of hij zich bevindt. Dit veroorzaakt vaak de beslissende wending, de peripetie.
;[[Allegorie]] (leeterkunde) : Vorm van beeldspraak die een hele zin of meerdere zinnen wordt volgehouden, kan zowel een stijlmiddel als een genre aanduiden
;Antimasker : Variant van het maskerspel
;[[Antithese (stijlfiguur)]] : Term uit de stijlleer, die bestaat uit het tegenover elkaar plaatsen van twee noties. Ligt ten grondslag van veel andere stijlfiguren en wordt frequent gebruikt in zowel literatuur als ook alledaagse taal.
Regel 16:
== B ==
;[[Bildungsroman]] : Roman waarin de opvoeding en karakterontwikkeling van de hoofdpersoon centraal staan, daarbij gaat het om de vorming van de held door zijn omgeving.
;[[Boek (document)]] : InVeelgebruikte zijnmanier huidigeom informatie vast te leggen in de vorm isvan eentekst boeken afbeeldingen, een verzameling gevouwen vellen (vel"; katern) perkament of papier, die een bibliografische eenheid vormen en die gebonden kunnen worden in een boekband.
;[[Bombast]] : HoogdravendGekunsteld, hoogdravend en gezwollen taalgebruik dat een sterk overdreven en vaak hol klinkend effect heeft op de lezer.
;[[Brevitas]] : In de moderne tijd als een typische kwaliteit van literatuur, (bondigheidbondige ofen verdichting)beschrijvende ervarentekst, zo min mogelijk uitweidingen.
;[[Briefroman]] : Roman die bestaat uit gefingeerde brieven van één of meer fictieve personages.
 
== C ==
;[[Chiasme]] : Syntactische stijlfiguur waarbij herhaling (repetitio) niet parallel plaatsvindt, maar kruiselings (vandaar ook ‘kruisstelling’).
;[[Chicklit]] : Chicklit is literatuureigentijdse fictieliteratuur geschreven door vrouwen voor vrouwen.
;[[Concetto]] : Een briljant idee waarmee een ingenieus woord(en)spel bedreven wordt, vaak met behulp van (te) vergezochte beeldspraak om de lezer te choqueren.
;Contigu verband : In het algemeen een vorm van beeldspraak waarbij tussen verschijnselen één of meer raakpunten bestaan. In de literatuurwetenschap gereserveerd voor wat aan de basis van een metonymische beeldspraak ligt.
Regel 30:
== D ==
;[[Damesroman]] : Romantype dat geacht wordt vooral door vrouwen te worden gelezen, behoort tot de triviaalliteratuur.
;[[Determinisme (filosofie)]] : Denkrichting op basis van Darwins evolutieleer waarin men ervan uitgaat dat de mens bepaald is door materiële omstandigheden, waarvan de belangrijkste factoren erfelijkheid en milieu zijn.
;[[Deus ex machina (verhaallijn)]] : Term uit de dramaliteratuur waarmee wordt aangegeven dat er een hogere macht (god, engel) optreedt, die door middel van een toestel op het toneel wordt neergelaten of verheven om een soort eindoordeel over de handeling uit te spreken of een moraal aan het stuk te verbinden.
;[[Dialogisme]] : Ontkenning van de traditionele ‘monologische’ woordopvatting. Elk woord, elke uiting is zowel reactie als anticipatie op het woord van de andere en heeft de eisen van receptie en communicatie geïnterioriseerd
 
Regel 40:
;Encyclopedie-3 : Onderdeel van een wetenschapsdomein waarin men zich bezint over de inwendige structuur ervan en over de relatie tot de aangrenzende wetenschappen
;[[Epigoon]] : Term uit de literaire kritiek voor een schrijver die geen originaliteit vertoont in zijn werk, maar het werk van anderen al te slaafs en als enig model navolgt.
;[[Eponiem]] : Een woord dat is afgeleid van een persoonsnaam, gebruikt om een bepaald object of activiteit aan te duiden.
;[[Expressionisme]] : Stroming in de kunsten behorend tot het modernisme die zich vanaf 1910 tot in de jaren ’30 vooral manifesteerde in de beeldende kunst in Frankrijk en Duitsland.
 
Regel 47:
;Feministische literatuur : Literatuur die de aandacht richt op de problematiek van de vrouw, in het bijzonder op de sociale positie van de vrouw.
;Flitsverhaal : Een ultrakort verhaal.
;[[Foregrounding]] : Courante term in de poëzieanalyse en de stilistiek. DeHet termnaar duidtde aanvoorgrond datverschuiven literatuurvan de taalautomatismentaal doorbreektzelf enterwijl onsdiens eenreferentiële vernieuwdfunctie enmeer scherpernaar bewustzijn geeft van het verbale mediumde alsachtergrond zodanigverschuift.
 
== G ==
Regel 66:
 
== J ==
;[[Jarcha]] : Korte composities van twee tot acht verzen die bij nader toezien het zwaartepunt van het gehele, meertalige muwashah-gedichtengedicht in het Arabisch of Hebreeuws vormen.
;[[Jeugdliteratuur]] : Literaire teksten hetzij expliciet geschreven voor jongeren, hetzij door volwassenen als uiterst ‘geschikt’ bevonden voor jonge lezers.
 
== K ==
;[[Keltische literatuur]] : Literatuur van Keltische oorsprong, hoofdzakelijk terug te vinden op de Britse eilanden.
;[[Kinderlied]] : Lied gemaakt voor kinderen en/of gezongen door kinderen.
;[[Kortverhaal]] : Term voor een enkelvoudige fictionele prozatekst van een beperkte omvang. De aandacht is meestal gericht op één enkel gegeven en één personage.
;Kunstenaarsroman : Ontwikkelingsromans waarin de groei van een artistiek personage wordt beschreven.
Regel 78:
;Ladlit : Modieuze term voor moderne romans over jonge mannen door jonge mannen.
;[[Letterkunde]] : Synoniem voor literatuur. In sommige contexten gebruiken we de term letterkunde daarnaast ook ter aanduiding van het vakgebied of van bepaalde instellingen die de literatuur tot voorwerp hebben.
;[[Limerick (dichtvorm)]] : Puntdicht (epigram) van vijf regels met het rijmschema aabba, dat daarnaast ook door het ritme in twee groepen is verdeeld.
;[[Littera cursiva]] : De littera cursiva is een snel schrijfbaar Gotisch schrifttype, metdat alsaanvankelijk belangrijkstevooral kenmerkenals hetgebruiksschrift gebruik van een spitse pen, de fdiende en lange-spas dielater doorook dezijn schrijflijnintrede heendeed gaan en het meeschrijven van de luchtlijnen, waardoor lussen aan de stoklettersals ontstondenboekschrift.
;[[Littera hybrida]] : Term voor het laatmiddeleeuwse gotische minuskelschrift dat een mengvorm is van littera textualis en littera cursiva, er ontbreken echter de lussen aan de stokken van de cursiva en het schrift is minder gebroken dan de littera textualis.
;[[Littera textualis]] : In de 12de eeuw uit de Karolingische minuskel ontstane schriftsoort, belangrijkedat kenmerkenals zijnboekschrift dewerd agebruikt intussen tweede verdiepingen,twaalfde stokken zonder lussen, de feeuw en lange s op de schrijfregel,opkomst devan rondboogverbindinghet enhumanistisch eenschrift zekereomstreeks mate1500. van hoekigheid (breking).
 
== M ==
;[[Mangaka]] : Een schrijver en tekenaar van een manga.
;[[Marialegende]] : Begrip uit de genreleer voor een legende waarin Maria een hoofdrol vervult.
;[[Mesostichon]] : Soort acrostichon waarbij de letters of woorden die samen een naam vormen in het midden van de versregel staan.
;[[Metafoor]] : Een van de belangrijkste vormen van beeldspraak, berust op betekenisoverdracht tussen twee termen waarbij sprake is van impliciete vergelijking.
;Metatekst(ualiteit) : Een tekst die handelt over of teruggaat op een andere tekst, de zgn. prototekst.
;[[Modernisme]] : Een erg complex en in verschillende betekenissen gebruikt stijl- en periodebegrip. Steeds vaker gebruikt als verzamelnaam voor een aantal internationale en innoverende stromingen in de cultuur van de eerste helft van de 20ste eeuw.
Regel 106:
;[[Persvrijheid]] : Vrijheid van drukpers.
;Pragmatische literatuur : Term afkomstig van M.H. Abrams voor een van de vier mogelijke literatuurbenaderingen met betrekking tot de functie van literatuur.
;[[Paronomasia]] : Op gedeeltelijke klankovereenkomst berustende woordspeling, waarbij woorden met verschillende betekenis maar bijna gelijke klankstructuur bij elkaar worden geplaatst (in variatie of gecontrasteerd).
;[[Percontatio]] : Vorm van dubitatio en dialogische sermocinatio, nl. een imaginaire dialoog van de redenaar met de tegenstander van zijn stelling of met het publiek.
;[[Peripetie]] : Vormt in het drama de beslissende wending ten goede of ten kwade, veelal ten gevolge van een bodeverhaal, een ontmoeting of een herkenning (agnitio) die de protagonist tot inzicht brengen.
;[[Petrarkisme]] : De navolging van de liefdespoëzie van Petrarca (1304-1374) vanaf de 14de eeuw, via de diverse maniëristische stromingen van de renaissance tot in de barok.
;[[Pièce bien faite]] : Toneelstuk, opgebouwd volgens bepaalde strikte regels die gedurende het grootste deel van de 19de eeuw het theater beheersten.
;[[Plot]] : Term uit de verteltheorie of dramatheorie waarmee de organisatie van de tekstgegevens, d.w.z. de bouw of structuur van de tekst wordt bedoeld.
;[[Porte-manteauwoord]] : Type van woordspeling waarbij een nieuw woord ontstaat door twee of meer woorden door een vorm van blending of contaminatie met elkaar te combineren (vorm van klankkruising).
;[[Post rem]] : Term uit de verhaalanalyse voor een vertelvorm waarin de auteur het verhaal laat beginnen aan het einde van de te vertellen ontwikkelingen.
;[[Prijsband]] : Een bijzondere boekband uit de 17de en 18de eeuw die als geschenk diende voor goede leerlingen van de Latijnse school.
;[[Pseudoniem]] : Naam waaronder een auteur of kunstenaar (of een schrijverscollectief) zijn werk openbaar maakt en die niet de echte naam (autoniem of orthoniem) is.
 
== Q ==
 
== R ==
;[[Rapiarium]] : Verzameling vluchtig en puntsgewijs, door de schrijver voor eigen gebruik op schrift gezette aantekeningen, kenmerkend voor de spiritualiteit van de Moderne Devotie.
;Realisme-1 : Periodeaanduiding voor een stroming die doorgaans gesitueerd wordt tussen romantiek en naturalisme, globaal tussen 1830 en 1870.
;Realisme-2 : Begrip in de literatuurwetenschap om het werkelijkheidsgehalte van literaire teksten aan te duiden.
;Republiek der letteren : De in de tweede helft van de 17de eeuw in Frankrijk ontstane idee van een internationale gemeenschap van geleerden en filosofen die d.v.m. correspondentie en – later – tijdschriften en geleerde genootschappen vrij hun denkbeelden uitwisselden en verspreidden onder een groter publiek.
;[[Robinsonade (literatuur)]] : Vorm van avonturenroman, gekenmerkt door de wederwaardigheden die een personage (of een groep personen) ondervindt, bijv. na een schipbreuk, op zijn reis naar een vreemd oord, veelal een eiland, op grote afstand van de bewoonde, geciviliseerde wereld.
 
== S ==
;Seguidilla : Spaanse verssoort met afwisselend vijf of zeven syllaben van een copla.
;[[Semiologie]] : Synoniem van semiotiek, de studie naar de werking van tekens.
;Surpluse : Verlenging van een woord
;[[Schrijverscollectief]] : Een groep van auteurs die samenwerken aan een bepaald literair, theatraal of cultureel project.
;[[Sleutelroman]] : Roman waarin een auteur onder verzonnen namen een beschrijving geeft van bestaande personen en gebeurtenissen in gewijzigde omstandigheden, die voor de ingewijde lezer wel herkenbaar zijn via bepaalde aanwijzingen die als sleutel voor hun identiteit fungeren.
;[[Smartlap]] : Een rijkelijk met sentiment geladen levenslied.
;[[Sprung rhythm]] : Een complex metrisch (metrum) systeem geintroduceerd en toegepast door de Engelse dichter G.M. Hopkins (1844-1889).
;[[Straatlied]] : Een sinds de 16de eeuw voorkomend lied, gezongen bij allerlei openbare gelegenheden, zoals jaarmarkten, vaak op een klein podium/voetbankje.
 
== T ==
;Thesaurus-1 : Term ter aanduiding voor een woordenboek waarin in principe de gehele woordenschat van een taal is opgeslagen.
;[[Tableau vivant]] : Toneelterm voor een uitbeelding door zwijgende personen van een tafereel (allegorisch, Bijbels of historisch), als onderdeel van een toneelspel of als afzonderlijk geheel. Soms door gesproken tekst verduidelijkt.
;[[Titelpagina]] : Bibliografische term voor de recto-zijde van het titelblad waarop zich de titel van het boek bevindt.
 
== U ==
;[[Uitgeverij]] : Onderneming die zich bezig houdt met het produceren en verkopen van teksten in gedrukte vorm via de boekhandel, kiosken, warenhuizen e.d. In de moderne uitgeverij kunnen dat ook gedigitaliseerde uitgaven zijn.
 
== V ==
;[[Verzamelhandschrift]] : Term uit de codicologie voor een codex die een aantal zeer verschillende teksten bevat, waarbij het vanaf het begin af aan de bedoeling was deze teksten in één handschrift te bundelen.
;Volkslied-1 : Eenvoudig lied dat de collectieve uiting is van een gemeenschap of volk.
;Volkslied-2 : Aanduiding voor een lied dat, als ‘vaderlands lied’, officieel aangewezen is om symbolisch een volk te vertegenwoordigen en bij nationale gebeurtenissen te worden gezongen.
 
== W ==
;[[Wereldliteratuur]] : Term waarmee Goethe in 1827 wou aantonen dat literatuur een gemeenschappelijk bezit is van de hele mensheid en dat men – hij bedoelde zijn landgenoten – daarom uit zijn nationale bekrompenheid moest trachten los te komen.
 
== X ==