Huis te Woudenberg (I): verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Hansmuller (overleg | bijdragen)
aanvulling uit bron Olde Meierink
Hansmuller (overleg | bijdragen)
italiek, enorme boete?
Regel 24:
Het '''Huis te Woudenberg''' (I) is een voormalig en verdwenen kasteel in de kern van [[Woudenberg]] in de Nederlandse provincie [[Utrecht (provincie)|Utrecht]]. Het stond ten zuiden van de knik in de Voorstraat in Woudenberg, tussen 't Schilt en de Henschoterlaan, gezien de kadastrale [[minuutplan|minuut]] 1832 sectie E2 en B4 van W.<ref>[https://www.stadindex.nl/plattegrond/woudenberg Plattegrond Woudenberg www.stadindex.nl]. Geraadpleegd op 17 juni 2021.</ref>
 
In 1313 was ''dat huus te Woudenberch'' in bezit van ridder Johan van Woudenberg, kleinzoon van Filips van [[Rijningen]], die in 1240 de ontginning van Woudenberg was begonnen.
 
Een later familielid, Elias van Woudenberg, beloofde in 1336 de [[Lijst van bisschoppen en aartsbisschoppen van Utrecht|bisschop van Utrecht]] en de ridders van [[IJsselstein]] dat ze welkom waren op het kasteel. De raad van [[Utrecht (stad)|Utrecht]] vonniste dat gespuis dat Elias' vrouw en dochter had lastiggevallen als boete 45.000 stenen aan Utrecht moest leveren.<ref>Cor van Donkersgoed: Woudenberg (I), p. 494, in B. Olde Meierink, G. van Baaren en R.G. Bosch van Drakestein e.a. (redactie) (1995), ''Kastelen en ridderhofsteden in Utrecht'', Matrijs, Utrecht, ISBN 9035450728. Deze enorme boete lijkt onwaarschijnlijk.</ref>
Ook in 1336 beloofden Elias van Woudenberg en zijn vrouw Agnese van den Berghe dat zij het huis te Woudenberg over zouden dragen aan hun zoon Johan, na diens huwelijk met Willemette, een natuurlijke dus een [[Buitenechtelijk kind|bastaarddochter]] van [[Jan van Diest]], bisschop van Utrecht. In 1339 werd Johan door [[Diederik IX van Kleef|Diederik van Kleef]] beleend met het goed Woudenberg.
 
Ridder Johan van Culemborg, familie van [[Jan I van Culemborg]], verkocht in 1352 het huis te Woudenberg met al het land dat hij in leen hield van de graaf van [[Graafschap Kleef|Kleef]], aan Gijsbrecht, heer van [[Abcoude]] en [[Gaasbeek|Gaesbeek]]. Johans zoon, ook Johan van Culemborg genaamd, was het met deze verkoop niet eens en wist het kasteel te bezetten. Gijsbrecht riep de hulp van bisschop [[Jan van Arkel (bisschop)|Jan van Arkel]] in, die het met een legertje na een belegering van 17 weken innam en in 1353 liet slopen. Het kasteel is nooit herbouwd.
 
Omstreeks 1417 had [[Zweder van Abcoude]] het erf ''daer dat oude huys van Woudenberch op plach te staen'' nog in leen van de graaf van Kleef. Stenen van het huis zouden zijn gebruikt bij de bouw van de kerk van Woudenberg.<ref>http://www.kasteleninutrecht.eu/WoudenbergI.htm</ref>
 
Rond 1410 werd 200 m noordelijker een ander nieuw kasteel, [[Huis te Woudenberg (II)]], gebouwd.