Graafschap Duras: verschil tussen versies

Een Sint-Truidens document van [[12 november]] [[1023]] maakt melding van een schenking door een zekere Gravingravin Herlinde, weduwe van een verder onbekende graaf, en in een vermelding van de zelfdedezelfde transactie in de veel-later geschrijven derde continuatie van het kroniek van de abdijAbdij van Sint-Truiden wordt haar zoon Godfried beschrijven als een graaf van Duras. Haar kinderen waren Adalbero, Godfried en Giselbert. Haar oudste zoon Adalbero was toen al gestorven, maar hij had voor zijn overlijden de hoge kerkelijke functie van ''primicerius'' in [[Metz]] berijkt voor zijn overlijden. Giselbert wordt aangemeldt in heteen charter uit 1023 chartergemeld als een ''advocatus'' van de abdij, net als de latere graven van Duras.

Sinds Mantelius in de zeventiende eeuw is er een kleindochter van Herlinde die voorgesteld werd door historici - Oda, de vrouw van het graaf Otto van Loon, broer van van het graaf [[Emmo van Loon]]. Het echtpaar had minstens een zoon: Giselbert van Duras (? - [[1138]]). Otto heeft de kapittelkerk in [[Alem (Maasdriel)|Alem]] gesticht, waar de heilige [[Odrada van Balen|Odrada]] begraven ligt en die in [[1107]] in een document werd genoemd. De graven van Duras hadden meerdere bezittingen in deze streek, die ze aan.

''Giselbert van Duras'' trouwde met Gertrudis, waarvan de ouders onbekend zijn en die in [[1114]] in de [[Abdij van Sint-Truiden]] werd begraven. Dit echtpaar had zeven kinderen en wel: Otto II, Conon, Giselbert, Gerard, Thierry, Bruno en een dochter waarvan de naam onbekend is. Zijn tweede vrouw was ''Oda van Chiny'', die een zoon was van Otto II van Chiny en Alix van Namen.

''Otto II van Duras'' (? - [[1147]]) was de oudste zoon van Giselbert en Gertrudis. Hij trouwde met Bertha van Ribemont, die dochter was van Godfried II van Ribemont, heer van [[Bouchain]], en [[Yolanda van Gelre|Jolanda van Geldern]]. Het echtpaar had een dochter, Juliana van Duras. Otto II werd begraven in de [[abdijAbdij van Sint-Truiden]].

In [[1203]] werd het graafschap Duras een leen van het graafschap Loon, dit door toedoen van [[Hugo II van Pierrepont]], prins-bisschop van [[Prinsbisdom Luik|Luik]].

In [[1328]] kwam het graafschap in handen van de familie Neufchâteau; in [[1427]] in handen van de familie d'Oyenbrugge van [[Coolhem]], en in [[1705]] in handen van de familie Van der Noot. Deze was het die van [[1787]]-[[1789]] het huidige [[Kasteel Duras]] liet bouwen. Later hebben ook de families ''[[Huis d'Oultremont|d'Oultremont de Duras]]'' en ''[[de Liedekerke]]'' in dit kasteel gewoond.