Dorestad: verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
kGeen bewerkingssamenvatting |
versie van Bas dehaan van 30 mrt 2021 20:13 (58610945) teruggeplaatst - revert Label: Handmatige ongedaanmaking |
||
Regel 28:
[[Bestand:Frankish gold Tremissis issued by minter Madelinus Dorestad the Netherlands mid 600s.jpg|thumb|Munt van [[muntmeester]] [[Madelinus]]]]
'''Dorestad''' was een van de belangrijkste en succesvolste internationale handelsplaatsen<ref name="Tuuk">L. van der Tuuk</ref><ref name="arch kroniek">J. Dijkstra, J. van Doesburg en M.M. Sier</ref> in Noordwest-Europa van het einde van de [[7e eeuw|7e]] tot het midden van de [[9e eeuw]]. Het
Aan het einde van de [[7e eeuw]] werd Dorestad omschreven als ''patria Frigonum/Frixonum'', dus liggende in het land der [[Friezen]].<ref>Kosmograaf van Ravenna, ''Cosmographia'' I.11, [http://www.inghist.nl/retroboeken/excerpta/#1:594 Online excerpt] en IV.23 [http://www.inghist.nl/retroboeken/excerpta/#1:596 Online excerpt]</ref> Het was in zijn bestaan tot aan het begin van de 8e eeuw<ref>[[Wim van Es|W.A. van Es]] en W.J.H. Verwers (2000), blz. 32</ref> vaak de inzet in de oorlog tussen de Friezen en de Franken (zie ook de [[slag bij Dorestad]]). Rond [[719]] kwam Dorestad in de strijd tussen de Friezen en Franken definitief in Frankische handen door [[Karel Martel]]. In circa [[840]] droeg [[Lotharius I]] Dorestad over aan de Deense broers [[Rorik]] en Harald. Rond het midden van de 9e eeuw raakte Dorestad in verval.
Het inwonertal van
==Etymologie==
Regel 38:
==Ligging==
De voornaamste reden dat
De tweede handelsroute liep langs de Lek naar de kust en vormde een verbinding tussen het Rijnland en [[Engeland]].<ref name="arch kroniek" /> Ook kon men via deze verbinding de [[Schelde (rivier)|Schelde]] bereiken en daardoor [[Neustrië]], het kerngebied van de [[Salische Franken]] in Vlaanderen, Brabant en het noorden van [[Frankrijk]].
==Ruimtelijke indeling en gebouwen==
Door middel van [[archeologische opgraving]]en is tot 1994 circa 55 [[hectare]]<ref>W.A. van Es en W.J.H. Verwers (2000), blz. 25</ref> in Wijk bij Duurstede blootgelegd. Met name tussen 1967 en 1977 heeft de toenmalige [[Rijksdienst voor Archeologie, Cultuurlandschap en Monumenten|ROB]] naar aanleiding van bouwplannen het grootste [[archeologie|archeologische]] onderzoek in Nederland gedaan, met opgravingen over een oppervlakte van 30 hectare. Mede uit deze onderzoeken onderscheidt men vandaag de dag drie specifieke delen in de [[agglomeratie]] van
*Benedenstad: het noordelijk deel, heden gelegen in de stadsbebouwing van Wijk bij Duurstede
*Bovenstad: het zuidelijk deel, heden gelegen bij het dorp [[Rijswijk (Gelderland)|Rijswijk]]. Hierin valt ook het castellum
*Middendeel: het gebied tussen de Beneden- en Bovenstad
Het noordelijk deel bleek bij de opgravingen uit drie zones te bestaan: de haven, een daarop aansluitende zone met dichte bebouwing van vermoedelijk handelslieden en in het achterland een zone van verspreide bebouwing met boerderijen. De haven van Dorestad
Mogelijk is er sprake geweest van [[lintdorp|lintbebouwing]] langs de rivier die 3 kilometer lang is geweest, met honderden huizen en duizenden inwoners.<ref name="Es">W.A. van Es en W.J.H. Verwers (2000), blz. 33-34</ref> Ook waren er in
Huizenbouw vond plaats in hout. Bij de huizen bevonden zich meestal meerdere waterputten veelal gemaakt van [[eikenhout]]en [[Vat (verpakking)|vaten]], vermoedelijk herbruikte wijnvaten. [[Dendrochronologie|Jaarringonderzoek]] op het eikenhout van de vaten toont een vermoedelijke herkomst uit [[Rijnland (Duitsland)|Rijnland]]-[[Hessen]] met dateringen van de bomenkap tussen 685 en 835.<ref>D. Eckstein (1978), ''Dendrochronologisch onderzoek naar ouderdom en herkomst van hout uit waterputten'', blz. 308-312, in: Spiegel Historiael</ref> In een jaarringonderzoek naar aanleiding van de opgravingen tussen 1967 en 1977 op bijna 2000 stuks hout van verschillende boomsoorten, komen dateringen voor van bomenkap in de periode tussen 650 en 850.<ref name="hout" />
Regel 58:
==Economie==
[[Bestand:WLANL - vdt.rolf - Munten van Dorestad.jpg|thumb|[[Muntschat Tzummarum]] met in Dorestad geslagen munten- [[Nationale Numismatische Collectie, De Nederlandsche Bank]]]]
Men heeft inzicht in wat voor handel destijds in
Tevens werden er ambachten uitgeoefend en producten vervaardigd: onder meer uit glas, hout, steen, leer en al dan niet edele metalen. Uit [[Been (materiaal)|been]] en [[gewei]] werden kammen en uit [[brons]] sieraden en sleutels gemaakt. Van ruwe barnsteen werden voorwerpen vervaardigd als [[Spinnen (textiel)|spinklosjes]] en [[Kraal (versiering)|kralen]], waarbij de kralen ook wel van glas werden gemaakt. In de handelsplaats en directe omgeving vond een vrij omvangrijke [[agrarisch]]e productie plaats, met vele boeren die de handelsplaats en haar bewoners van voedsel voorzagen.<ref name="arch kroniek" />
Dorestad was wijd en zijd bekend doordat het een [[munthuis|munt]] bezat. Rond [[640]] was [[muntmeester]] [[Madelinus]]
Een schenkingsoorkonde van [[Karel de Grote]] uit 777 vermeldt dat er in Dorestad oeverbelasting (''ripaticum'') werd geheven.
==Christendom==
Vermoedelijk speelde
In vroegmiddeleeuwse kerkelijke bronnen wordt weleens verhaald dat Dorestad een groot aantal kerken had.<ref>Rembertus, hoofdstuk XX</ref> Odbert verhaalde in de 11e eeuw dat 55 kerken in Dorestad door de [[Vikingen]] waren vernietigd en tevens dat de handelsplaats daarbij was platgebrand.<ref>{{la}}Odbert (11e eeuw), ''Passio Friderici Episcopi Traiectensis auctore Odberto'', in: editie O. Holder-Egger, [[Monumenta Germaniae Historica]], Scriptores (in folio), 15 deel 1, blz. 354</ref> Ondanks de grootschalige opgravingen zijn echter nooit sporen van een grote brand of het afslachten van vee en mensen teruggevonden.<ref>A. Willemsen, blz. 161-162</ref><ref>L.A. Morden (2007), [http://summit.sfu.ca/system/files/iritems1/2654/etd2893.pdf ''How much material damage did the Northmen actually do to ninth-centery Europe?''], [[Simon Fraser-universiteit]], blz. 182 (thesis)</ref> De voorstelling over het platbranden van Dorestad is wel lange tijd in stand gebleven, onder meer [[Johan Herman Isings|J.H. Isings]] beeldde het in 1927 uit in een [[schoolplaat]].
Regel 89:
In verband met vrees voor de [[Runderpest|veepest]] was in 1839 het gebruik van botten van pas overleden dieren stilgelegd. Deze botten werden vaak vermalen tot [[beendermeel]] om de grond te kunnen [[bemesten]]. Direct ten noorden van Wijk bij Duurstede bevonden zich echter zeer grote hoeveelheden oude dierenbotten in de grond, die gebruikt konden worden om toch aan botten te kunnen komen. Door middel van zogeheten beendergraverijen werd een vermeld aantal van minstens een half miljoen kilo botten opgegraven. Maar ook werden er daarbij grote hoeveelheden ander materiaal aangetroffen zoals scherven, munten en sieraden.
Het leidde in de winter van 1841-1842 tot de eerste archeologische opgraving onder leiding van L.J.F. Janssen, destijds conservator van het [[Rijksmuseum van Oudheden]] in Leiden.
==Dierlijk voedsel==
Via de aangetroffen restanten van dieren zoals
Bijna de helft (47%) van het gewicht aan teruggevonden botten was afkomstig van runderen. Samen met varkens (31%) en schapen (10%) vormden zij de voornaamste bron van vlees. Kip en andere gevogelte, geit, wilde zoogdieren en dergelijke komen in percentages voor van ten hoogste enkele procenten, eenzelfde uitkomst is te zien onder de zoet- en zoutwatervissen zoals snoek, paling en haring en [[weekdieren]] zoals mosselen.<ref>W. Prummel (1978), ''Vlees, gevogelte en vis'', in: Spiegel Historiael, blz. 282-293</ref>
==Verval==▼
Aan het einde van de 9e eeuw raakte
* Het verzanden en zich verplaatsen van de Rijn ([[864]]) maakte handel in
▲Verval
▲Aan het einde van de 9e eeuw raakte de nederzetting bij Wijk bij Duurstede in verval. Het is niet duidelijk wat de precieze oorzaken ervan zijn. Er zijn verschillende theorieën over het verval van Dorestad, waarin een of meer van de volgende elementen een rol spelen:
▲* Het verzanden en zich verplaatsen van de Rijn ([[864]]) maakte handel in de nederzetting bij Wijk bij Duurstede.<ref name="Es" /> Tijdens hevig noodweer in 863 zou volgens dr. R. van Luttervelt door de bevolking een nooddam in de Rijn zijn opgeworpen om het wassende water via de zijtak de Lek af te voeren. Vanwege de daardoor veroorzaakte verzanding van de riviermond in Katwijk, zou dit onomkeerbaar zijn geweest.
* De plunderingen door [[Vikingen]].
* Verschuiving van de machtsverhoudingen door de rijksdelingen na de dood van Lodewijk de Vrome, opvolger van Karel de Grote,<ref name="Es" /> waarna het Karolingische rijk uiteenviel.
Regel 115 ⟶ 109:
* [[Alcuinus|Alcuinus van York]] schreef in circa 782 een kort gedicht over de Rijn met Utrecht als plaats met weiden waar hij een bord pap met boter en honing kon krijgen. Dorestad kon beter links gelaten worden want ene norse Hrotberct, een gierige koopman, gaf daar waarschijnlijk geen onderdak.<ref>K. Smit (1999), ''[https://dspace.library.uu.nl/handle/1874/294960 Alcuin kreeg een bord pap in Utrecht aan de Rijn]'', blz. 67-69, in: Oud- Utrecht mei/juni 1999</ref>
*Volgens de Nederlandse [[archivaris]] [[Albert Delahaye]] (1915-1987) lag Dorestad niet op de plaats van het huidige Wijk bij Duurstede, maar was het de Noord-Franse plaats [[Ouderwijk]] (''Audruicq'').<ref>SEMafoor jaargang 10 nr. 3, augustus 2009</ref>
==Zie ook==
|