Oud-Grieks altaar: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
AGL (overleg | bijdragen)
kGeen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
 
Regel 2:
Het '''oud-Grieks altaar''' was waarschijnlijk het belangrijkste onderdeel van het [[Grieks heiligdom]]. Het was ook hét middel om met de goden in contact te komen, want door te [[offer (religie)|offeren]] kon men trachten de gunst van de goden te winnen. Dat het altaar in de meeste heiligdommen het oudste onderdeel is, hoeft dan ook niet te verbazen.
 
De Grieken gebruikten een drietal termen om een altaar aan te duiden, waartussen enig onderscheid valt te maken, zij het niet erg scherp. Zo kent men de ''bômós'' ({{Polytonic|βωμός}}), dat een altaar voor de hemelse goden was, de ''eschára'' ({{Polytonic|ἐσχάρα}}), een oventje of haard - soms onder een ''bômos'' - voor offers aan ''[[heros (mythologie)|heroi]]'' en [[halfgod]]en, en tot slot de ''hestía'' ({{Polytonic|ἑστία}}), een huis- of staatsaltaar. Het altaar bevond zich bijna altijd in open lucht en haast nooit in de tempel zelf. De grootte van het altaar hing vaak ook af van de grootte van hetgeen men wenste te offeren aan de godheid. De grootste altaars waren meestal bedoeld voor het offeren van een rund of zelfs een ''[[hekatombe|hecatombe]]'', een offer van wel honderd runderen.
[[Bestand:Autel Hiéron II.jpg|thumb|left|Het altaar van Hiero II in Syracuse.]]
[[Bestand:Pergamonmuseum Pergamonaltar.jpg|thumb|Het beroemde Zeusaltaar van Pergamon (Pergamonmuseum, Berlijn).]]