Passé composé: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
KvanderZanden (overleg | bijdragen)
k groepen | kolommen | voorbeelden
→‎Vorming: voorbeelden opgesplitst
Regel 5:
 
Het hulpwerkwoord is op een aantal uitzonderingen na altijd ''avoir'' ('hebben', een enkele maal 'zijn') en vervoegt zich naar het [[Onderwerp (taalkunde)|onderwerp]].
 
Voorbeelden:
*Ze is haar tasje vergeten. - Elle ''a'' oublié son sacoche.
*We zijn weer opnieuw begonnen. - Nous ''avons'' recommencé de nouveau.
*Zij zijn hier nog niet geweest. - Ils (Elles) n’'''''ont''''' pas encore été ici.
 
===Uitzonderingen===
Regel 38 ⟶ 43:
 
Voorbeelden:
*Ik ben gekomen. - Je ''suis'' venu(e).
*Jij bent gegaan. - Tu ''es'' allé(e).
*Zij zijn hier nog niet aangekomen. - Ils (Elles) ne ''sont'' pas encore arrivés (arrivées) ici.
*Ze is haar tasje vergeten - Elle ''a'' oublié son sacoche.
*We zijn weer opnieuw begonnen - Nous ''avons'' recommencé de nouveau.
*Zij zijn hier nog niet geweest - Ils (Elles) n’'''''ont''''' pas encore été ici.
*Zij zijn hier nog niet aangekomen - Ils (Elles) ne ''sont'' pas encore arrivés (arrivées) ici.
 
(de -e komt er alleen bij als het onderwerp vrouwelijk is; als het onderwerp mannelijk meervoud is, komt er achter het voltooid deelwoord een -s bij; als het vrouwelijk meervoud is, komt er -es bij)
als het vrouwelijk meervoud is, komt er -es bij)
 
== Zie ook ==