Vlisco: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 5:
 
===Katoendrukkerij===
Het bedrijf heeft zijn oorsprong in het begin van de 19de eeuw, toen Jan Willem [[Sutorius]] zich vanuit het Rijnland (vermoedelijk [[Steinfurt (stad)|Steinfurt]]) in [[Helmond]] vestigde en daar een bescheiden textielhanddrukkerij begon. In [[1843]] sloot zijn zoon Peter Antonius (1804-1886) een associatie met de Amsterdamse ondernemer [[Pieter Fentener van Vlissingen]] I en deze kocht in [[1844]] de inventaris en gebouwen van de katoendrukkerij annex blauwververij. In [[1846]] nam Van Vlissingen de zaak helemaal over, deze kreeg de naam: ''P.F. van Vlissingen &en Co's katoenfabriekenComp''. Doel van het bedrijf was de productie en verkoop van handbedrukthand- en machinaal bedrukt textiel in binnen- en buitenland.
 
===Imitatiebatik===
Regel 12:
De populariteit van de batik of de Real Dutch Wax in West-Afrika wordt vaak gerelateerd aan de geschiedenis van de [[Belanda Hitam]], de Afrikaanse soldaten die door de Koninklijke Landmacht tussen 1831 en 1872 werden gerecruteerd en naar Java gebracht. Ze werden door de Indonesiërs ''Zwarte Nederlander'' genoemd en volgens de overlevering zouden ze als Java-veteranen de kostbare batik-stoffen mee naar huis hebben genomen, waarna de populariteit en de vraag naar batik in West-Afrika toenam. Deze legende wordt niet door bronnen ondersteund. Aziatische batik werd al ten tijden van de [[West-Indische Compagnie]] in Afrika verhandeld en mogelijk al in de veertiende eeuw geïntroduceerd, toen handelsroutes van de Sahara de twee continenten met elkaar verbonden. Documenten in het Nationaal Archief in Den Haag laten zien dat de [[Ashanti (volk)|Ashanti]] in West-Afrika al voor 1832 bekend waren met kostbare stoffen uit Azië. Zo wordt in een verslag van een bezoek van een Nederlandse delegatie aan de koning van Ashanti beschreven dat er verschillende doeken uit Bandung, Java, en een voorbeeldboek met verfijnde, fluwelen stoffen en [[chintz]] als geschenk voor deze koning werden meegenomen.<ref>{{Citeer boek|titel=Zwarte Hollanders|auteurlink=|auteur=Ineke van Kessel|medeauteurs=|taal=|url=|uitgever=Amsterdam, KIT Publishers|datum=2005|pagina's=|ISBN=}}</ref> De Afrikaanse markt was hoe dan ook interessant voor de afzet van imitatiebatiks en ook Vlisco begon in de laatste kwart van de negentiende eeuw met de productie voor [[West-Afrika]]. Deze markt werd belangrijker, omdat Europese katoendrukkerijen als de Vlisco in Nederlands-Indië toenemende concurrentie van de lokale producenten ondervonden, vooral toen deze van stempeltechnieken ("tjap") gebruik gingen maken. Bovendien beschermde de [[Lijst van gouverneurs-generaal van Nederlands-Indië|Gouverneur-generaal]] de lokale producenten.
 
De onderneming was ondertussen een soort familiebedrijf. Naast de grondlegger, Pieter Fentener van Vlissingen II (1826-1868), trad in 1853 zijn zwager Frederik Matthijsen tot de onderneming toe. In 1883 werd de zaak omgezet in een commanditaire vennootschap waarvan de zonen van de eerste firmanten, Pieter III en Cor Matthijsen, de directie vormden.
 
===Waxprints===