Adolf Joffe: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
kleine foutjes
Regel 1:
[[Bestand:Adolf Abramovich Ioffe.jpg|miniatuur]]
'''Adolf Abramovitsj Joffe''' ([[Russisch]]: Адольф Абрамович Иоффе) ([[Simferopol]], [[10 oktober]] [[1883]] – [[Moskou]], [[16 november]] [[1927]]) was een [[Communisme|communistische]] revolutionair, een [[Bolsjewiekbolsjewiek]]se politicus en [[Sovjet-Unie|Sovjet]]-diplomaat van [[Karaïtisch jodendom|Karaïtisch joodse]] afkomst.
 
== Levensloop ==
===Revolutionaire carrière ===
Joffe werd geboren in de [[Krim]] (toen nog onderdeel van het [[Keizerrijk Rusland]]). Hij kwam uit een rijke familie.<ref name="karaite">See Albert S. Lindemann. ''Esau's Tears: Modern Anti-Semitism and the Rise of the Jews'', Cambridge University Press, 1997, ISBN 0-521-79538-9 (pbk), p. 430.</ref>. In 1900 werd hij, terwijl hij nog op de middelbare school zat, een [[sociaaldemocratie|sociaaldemocraat]]. Hij werd in 1903 formeel lid van de [[Russische Sociaaldemocratische Arbeiderspartij]]. In 1904 werd Joffe naar [[Bakoe]] gestuurd, waar hij echter moest vluchten om te voorkomen dat hij werd gearresteerd. Hij werd toen naar [[Moskou]] gestuurd, maar moest ook daar vluchten, ditmaal naar het buitenland. Na de gebeurtenissen van [[Bloedige Zondag (1905)|Bloedige Zondag]] op [[6 januari]] [[1905]] keerde Joffe terug naar Rusland. Daar nam hij actief deel aan de [[Russische Revolutie van 1905]]. Begin 1906 was hij gedwongen om te emigreren naar [[Berlijn]] tot aan zijn uitzetting uitdoor Duitsland in mei 1906.
 
In Rusland had Joffe nauwe banden met de [[Mensjewiek|mensjewieken]]-tak van de Russische Sociaaldemocratische partij. Nadat hij in mei 1906 naar [[Wenen]] verhuisde, ontwikkelde hij nauwe banden met [[Leon Trotski]]’s positie. Hij hielp Trotski met de publicatie van ''[[Pravda]]'' van 1908 tot 1912, terwijl hij [[geneeskunde|medicijnen]] en [[psychoanalyse]] studeerde.<ref name="psychoanalysis">See Chapter XVII of Leon Trotsky's [https://web.archive.org/web/20060305033203/http://www.marxists.org/archive/trotsky/works/1930-lif/ch17.htm 'My Life']</ref>. Hij gebruikte tevens zijn familiefortuin om ''de [[Pravda'']] financieel te steunen.
 
In 1912 werd Joffe gearresteerd bij een bezoek aan [[Odessa (stad)|Odessa]], en 10 maanden opgesloten alvorens te worden verbannen naar [[Siberië]].
 
=== Revolutie in 1917 ===
In 1917 keerde Joffe, die was gered van zijn verbanning door de [[Februarirevolutie (1917)|Februarirevolutie]] ontkwam aan zijn verbanning, terug naar de Krim. Daar werd hij door sociaaldemocraten naar de hoofdstad, [[Petrograd]] gestuurd als hun vertegenwoordiger. Al snel kreeg hij echter een internationalistische revolutionaire positie, wat het voor hem onmogelijk maakte om in een organisatie te blijven die werd gedomineerd door de minder radicale Mensjewiekenmensjewieken. Derhalve spande hij samen met Trotski, die net was teruggekeerd uit het buitenland.
 
In mei 1917 voegden Joffe en Trotski zich tijdelijk bij de [[Mezhraiontsymezjrajontsy]], welke samenvoegdesamenvoegden met de [[Bolsjewiekbolsjewiek]]en tijdens het VIth5e Bolshevikcongres Partyvan de Congressbolsjewieken gehouden tussen [[26 juli]] en [[3 augustus]] [[1917]]. Op het congres werd Joffe verkozen tot kandidaat-lid van het Centrale Comité. Twee dagen later maakte het Comité, waarvan de meeste leden in de gevangenis zaten of onder waren gedoken, Joffe tot permanent lid. Op 20 augustus werd hij lid van de redacteursraad van ''[[de Pravda]]''.
 
Joffe leidde de Bolsjewieksebolsjewiekse partij in de [[Doema]] van Petrograd in de herfst van 1917, en was een van Doema’s afgevaardigden op de Democratische conferentie tussen 14 en 22 september dat jaar. Hoewel Joffe, samen met Lenin en Trotsky, tegen de deelname van de Bolsjewiekenbolsjewieken aan het [[pre-parlement]] waren, werd Joffe toch door de Bolsjewiekenbolsjewieken aangesteld als lid van dit parlement. Toen twee weken later echter de meer radicale Boljeswiekenboljeswieken de overhand kregen in dit pre-parlement, stapte Joffe op.
 
In oktober 1917 steunde Joffe Lenins en Trotski's revolutionaire positie tegen [[Grigori Zinovjev]]s en [[Lev Kamenev]]s meer moderate positie. Joffe diende als voorzitter van het Militair Revolutionair Comité van Petrograd, dat op 25 en 26 oktober 1917 de [[Voorlopige Regering (Rusland)|voorlopige regering]] omver wierp.
 
Op 7 november 1917 was Adolf Joffe (met zijn vrouw) aanwezig op het [[Smolny-instituut]] in Petrograd (het hoofdkwartier van de Partij en het toenmalige zenuwcentrum van de revolutie), toen op die memorabele dag van daaruit de bolsjewistische staatsgreep werd geleid die de [[Sovjet|Sovjets]] die dag aan de macht bracht en vanuit dit instituut dezelfde dag het bestaan van het nieuwe Sovjet-regime wereldkundig maakte.
 
===Brest-Litovsk===
Van [[30 november]] 1917 tot januari 1918 was Joffe het hoofd van de Sovjet-delegatie die een bezoek bracht aan [[Brest (Wit-Rusland)|Brest-Litovsk]] om te onderhandelen over een einde aan het vijandschap met Duitsland.
 
Hoewel Joffe een verdrag voor een staakt-het-vuren tekende met de [[centrale mogendheid]] op [[2 december]] [[1917]], steunde hij wel Trotski bij diens weigering om een permanent vredesverdrag te tekenen in februari. Toen de [[Vrede van Brest-Litovsk]] werd getekend op [[23 februari]] [[1918]], bleef Joffe lid van de Sovjet-delegatie die tegen het verdrag was.
 
Joffe bleef in Petrograd toen de Sovjet-overheid naar Moskou verhuisde. Hij tekende het Sovjet-Duitse Supplementaryaanvullende verdrag op [[27 augustus]] [[1918]]. Op [[6 november]] [[1918]], dagen voor de [[Novemberrevolutie]], werd Joffes delegatie geweigerd in [[Berlijn]] omdat zij een communistische opstand aan het voorbereiden zouden zijn.
 
===Diplomatieke carrière ===
In 1919-1920 was Joffe lid van de [[Raad van Arbeid en Verdediging]] en de [[Raad van Volkscommissarissen]]. Hij werd niet herkozen tot lid van het Centrale Comité tijdens dehet VIII8e Party Congresspartijcongres in maart 1919. inIn oktober 1920 overlegde hij voor een staakt-het –vuren[[wapenstilstand]] met [[Polen]], en vredesverdragen met [[Estland]], [[Letland]] en [[Litouwen]]. In 1921 tekende hij de [[Vrede van Riga (1921)|Vrede van Riga]] met Polen, en maakte zo een einde aan de [[Pools-Russische Oorlog (1919-1921)|Pools-Russische Oorlog]]. Tevens werd hij assistent-voorzitter van de [[Turkestan|Turkestaanse]] commissie van de [[Opperste Sovjet|VTsIK]].
 
Joffe was een van de afgevaardigden van de Sovjet-Unie tijdens de [[Conferentie van Genua]] in februari 1922. Kort hierop werd hij ambassadeur in China. In 1923 tekende Joffe een verdrag met [[Sun Yat-Sen]] in Shanghai om de [[Kwomintang]] te helpen, onder aanname dat deze zou samenwerken met de [[Communistische Partij van China]]. In juni 1923 reisde Joffe naar [[Japan]] om te onderhandelen over de Sovjet-Japanse relaties.<ref name="japan">''The Meiji Restoration: A Bourgeois Non-Democratic Revolution'' gepubliceerd in ''Spartacist'', Engelse editie, [http://www.icl-fi.org/english/esp/58/meiji.html No. 58] voor 2004.</ref>. De onderhandelingen waren lang en moeilijk, en werden afgebroken toen Joffe zwaar ziek werd en terug moest naar Moskou. Na te zijn hersteld vertegenwoordigde hij de Sovjet-Unie in het [[Verenigd Koninkrijk]] in 1924, en [[Oostenrijk]] in 1924-1926. In 1926 zorgde zijn slechte gezondheid ervoor dat hij zich moest terugtrekken uit de politiek. Joffe was geschokt door de richting die Rusland in de jaren twintig was ingeslagen. In plaats van de langgedroomde maatschappij die vrij was van klasseprivileges, was er de steeds fermere greep van de Partij en de politie, in plaats van een [[Utopie|utopia]] van vrij intellectueel onderzoek, werden lijsten vol met verboden boeken uit de bibliotheken verwijderd etc. Stalin verbood hem zijn memoires te publiceren, ontzegde hem medische verzorging en verhinderde hem om op eigen kosten in het buitenland medische hulp te krijgen.<ref>''De rusteloze geest, Russen herinneren zich Stalin'', Adam Hochschild, pag 189, Uitg. Meulenhoff, Amsterdam (1994), ISBN 90-290-5080-2</ref>.
 
=== Dood ===
Eind 1927 was Joffe zwaar ziek, en mocht zijn bed niet verlaten. Nadat de [[Stalinisme|Stalinistische]] regering weigerde hem naar het buitenland te sturen voor behandeling en Trotski uit de Communistische partij werd gezet, pleegde Joffe op [[16 november]] [[1927]] [[zelfmoord]]. Hij liet een afscheidsbrief achter gericht aan Trotski, maar deze werd onderschept door de geheime dienst en later door Stalinisten gebruikt om zowel Joffe als Trotski in diskrediet te brengen. Zijn afscheidsbrief is een gedenkwaardig document waarin hij onder meer stelde: {{Citaat|Mijn dood is een gebaar van protest tegen degenen die de Partij hebben teruggebracht in zo'n toestand dat ze absoluut niet in staat is te reageren op deze schanddaad (Trotski's en Zinovjevs verwijdering uit het Centraal Comité door Stalin).<ref>''De rusteloze geest, Russen herinneren zich Stalin'', Adam Hochschild, pag 190, Uitg. Meulenhoff, Amsterdam (1994), ISBN 90-290-5080-2</ref>.}} Trotski’s toespraak op Joffes begrafenis was zijn laatste publieke toespraak in de Sovjet-Unie.
 
Joffes dochter, [[NadezhdaNadezjda Joffe]], overleefde Stalins gevangenissen en werkkampen. Ze publiceerde nadien een [[autobiografie|memoire]] over haar vader: ''Back in Time: My Life, My Fate, My Epoch''.
 
==Externe links==