Koninklijke Nederlandse Stoomboot-Maatschappij: verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting |
|||
Regel 1:
[[Bestand:Koninklijke Nederlandsche Stoomboot-Maatschappij, 1876.jpg|thumb|Duitstalige reclame van de KNSM uit 1876]]
De '''Koninklijke Nederlandsche Stoomboot Maatschappij''' (KNSM) was een in [[Amsterdam]] gevestigde [[Nederland]]se [[rederij]] die heeft bestaan tussen [[1856]] en [[1981]]. De rederij was de grootste in Amsterdam, en landelijk bezette zij een plaats in de top vijf van zeerederijen. De nadruk van het bedrijf lag op middelgrote vrachtschepen met een beperkte passagiersaccommodatie. Op haar hoogtepunt in 1939 bezat de rederij 79 zeeschepen. Daarvan gingen er tijdens de Tweede Wereldoorlog 48 verloren, maar de maatschappij overleefde deze enorme slag. Vanaf
== Geschiedenis ==
[[Bestand:Koninklijke Nederlandsche Stoomboot Maatschappij Ondine 1856.jpg|thumb|De ''Ondine'', het eerste schip van de maatschappij uit 1856.
De KNSM werd opgericht op 1 oktober 1856. De initiatiefnemer, de Duitse koffiehandelaar W. Ramann, had twee jaar eerder al een rederij, de Harburger Stoomvaart Maatschappij, opgericht. Met de oprichting van de KNSM beoogde hij de achterstand die Amsterdam als scheepvaartstad had opgelopen weer in te halen. De eerste vrachtvaart werd door middel van gehuurde schepen onderhouden, het Engelse [[Stoomboot|stoomschip]] ''Auguste Louise'' en de [[raderstoomboot]] ''West Friesland''. Het eerste schip in eigendom was de ''Ondine'' (ex. ''Nina''), met 300 ton laadvermogen, een topsnelheid van 11 knopen en accommodatie voor 30 passagiers. In eerste instantie beperkten de diensten zich tot de vaart op Rusland en Frankrijk, waarna al snel de andere havens in de Oostzee volgden.
De KNSM was in 1874 nauw betrokken bij de oprichting van de [[Stoomvaart Maatschappij Zeeland]] voor de exploitatie van een veerdienst tussen [[Vlissingen]] en [[Engeland]]. Men nam een belangrijk aandeel in het bedrijf en verkreeg de directie, maar trok zich in 1876 alweer terug.
Het kantoor van de KNSM was tot 1916 aan de Prins Hendrikkade 161 gevestigd. Daarna zetelde de KNSM tot 1970 samen met andere Amsterdamse rederijen en tot 1981 alleen, in het [[Scheepvaarthuis]] aan de [[Prins Hendrikkade]]. De loodsen en werkplaatsen waren aanvankelijk gevestigd aan het [[Oosterdok]], in 1903 werden de etablissementen verplaatst naar de Surinamekade en [[Levantkade]] op het IJ-eiland, het huidige [[Java-eiland]]. Met de opkomst van de [[Container (kist)|container]] werd in de jaren 1970 een deel van de activiteiten verplaatst naar de Container Terminal Amsterdam (CTA), een dochtermaatschappij van de KNSM, aan de Westhaven in het [[Westpoort (Amsterdam)|Westelijk Havengebied]]. Sindsdien werden de etablissementen op het IJ-eiland aangeduid als de ‘Oost-terminal’ en die in de Westhaven als de
== Tweede Wereldoorlog ==
[[Bestand:
Op 17 november 1939 verliet het KNSM-vracht-passagiersschip ''Simon Bolivar'' Amsterdam op weg naar Engeland. Vlak bij [[Harwich]] vond er een explosie plaats in laadruimte 2 aan stuurboord en 10 minuten later volgde een tweede explosie aan bakboordzijde. Het schip zonk snel. De route die de Bolivar volgde, stond echter bekend als
Ook van de KNSM was het laatste schip dat na de Duitse inval op 14 mei 1940 de haven van IJmuiden verliet, de ''[[Bodegraven (schip, 1929)|
Tijdens de Tweede Wereldoorlog werden Nederlandse koopvaardijschepen, gedwongen door de geallieerden, ingezet voor bevoorrading. In totaal verloor de KNSM 48 schepen, ruwweg twee derde van haar vloot, na getroffen te zijn door een mijn, torpedo, bommen of granaten van de vijand. Daarbij kwamen 230 bemanningsleden om het leven. Daarnaast kwamen 17 andere personeelsleden door andere oorlogsgevolgen om. Aangezien sommige varende personeelsleden tijdens de oorlog werden uitgeleend, is niet van alle omgekomen bemanningsleden het lot bekend.<ref>{{aut|Wim Wessels|Wessels, W.H.A.}}
Voor de omgekomen bemanningsleden werd in Amsterdam een monument met hun namen opgericht. De namen van de Surinaamse, Chinese en Antilliaanse opvarenden stonden daar aanvankelijk niet bij. Dankzij inspanningen van de kroniekschrijver van de maatschappij, oud-stuurman Wim Wessels, zijn deze namen er toch aan
== Overzicht ==
In haar hoogtijdagen was de maatschappij in het bezit van een kleine honderd zeeschepen, terwijl daarnaast de vloot moest worden aangevuld met tientallen van derden gehuurde (charter)schepen. De KNSM stond in financiële kringen bekend als de
== Overnames en deelnames ==
De KNSM bevoer vooral de Middellandse Zee, Europa, Centraal-Amerika en het Caribisch gebied. In 1912 ging men een fusie aan met de [[Koninklijke West-Indische Maildienst]] (KWIM), waarmee het vaargebied werd uitgebreid tot Midden- en Noord-Amerika. In 1970 werden van Internatio-Muller de [[Koninklijke Hollandsche Lloyd]] (KHL) en de meeste schepen en lijndiensten van [[Müller & Co|Wm.H. Müller & Co]] overgenomen. In 1974 nam de KNSM enkele lijnen over van de geliquideerde [[Hollandse Stoomboot Maatschappij]] (HSM). In 1976 werd de KNSM partner in de Caribbean Overseas Container Line (CAROL) met het containerschip ''[[Nedlloyd Neerlandia (schip, 1977)|Hollandia]]''.
In 1903 breidde de KNSM haar werkterrein uit tot de [[binnenvaart]] via de [[Nieuwe Rijnvaart Maatschappij]] (NRM), een volle dochteronderneming. In de jaren 1960 en 1970 trachtte de KNSM haar werkterrein te verbreden door deelnames in
== Fusie ==
Regel 36:
== Kunstwerk Amphitrite ==
{{Zie hoofdartikel|Amphitrite (kunstwerk)}}
Ter gelegenheid van het 100-jarig bestaan van de KNSM werd door het personeel aan de directie een [[beeldengroep]] en [[fontein]] geschonken: ''[[Amphitrite (kunstwerk)|Amphitrite]]'', gemaakt door [[Albert Termote]]. In
== Zie ook ==
|