Versie van 13 okt 2006 18:07 bewerken Maarten1963 (overleg \| bijdragen) uitgebreid bevestigde gebruikers 32.884 bewerkingen Geen bewerkingssamenvatting ← Oudere bewerking		Versie van 20 okt 2006 15:04 bewerken ongedaan maken Dolfy (overleg \| bijdragen) 59.201 bewerkingen kGeen bewerkingssamenvatting Nieuwere bewerking →
Regel 1: '''Eduard Jacobs''' ([[Amsterdam]], [[2 april]] [[1868]] - ~~aldaar~~Amsterdam, [[6 december]] [[1914]]) (eigenlijke naam '''Ezechiël''', bijgenaamd ''de Minstreel van de Mesthoop'') wordt beschouwd als [[Nederland]]s eerste [[cabaret (kleinkunst)\|cabaret]]ier. Hij was van huis uit een muzikale diamantbewerker van joodse afkomst. Tijdens zijn reizen naar [[Parijs]] kwam hij in aanraking met de vaudeville en het cabaret, met name in de roemruchte [[Moulin Rouge]] waar hij na [[1890]] zelf ook enige tijd optrad als begeleider (piano). Regel 5: Terug in Nederland werkte hij enige tijd voor de Gebroeders van Lier als contactman voor Franse artiesten. Van [[1895]] tot [[1904]] trad hij op in de schamele nachtgelegenheid "Het Wapen Van Habsburg" in de Quelijnstraat nr. 64 te Amsterdam, als pianist/zanger van realistische liederen. Hierbij imiteerde hij de wijze van optreden van [[Aristide Bruant]]. Zijn repertoire bestond voornamelijk uit veel vertaalde chansons. Kenmerkend voor Jacobs was dat hij staand de piano bespeelde terwijl hij zijn liedjes zong. Men moet het cabaret van die tijd, dat in Nederland toen noch vrijwel geheel onbekend was, over het algemeen beschouwen als niet meer dan een praatje met een liedje tussen de optredens door. Jacobs deed dit echter met de nodig satire en spot en speelde ook in op de actuele gebeurtenissen. (~~bijv.~~bijvoorbeeld het liedje "Brief van het laatste Amsterdamsche trampaard"). Het liefst zong Jacobs over het wel maar vooral het wee van de (Chinese) prostituees op de Zeedijk en de Langezijds Voor- en Achterburgwal te Amsterdam ("Limonadehoertjes"). Doordat het publiek deze teksten, die toch behoorlijk recht voor zijn raap waren, steeds meer ging waarderen werd Jacobs behoorlijk succesvol. Hij componeerde een groot aantal liedjes waarvan ook opnames op grammofoonplaat werden gezet en was daarmee naast [[Koos Speenhoff]] een van de eerste Nederlandstalige cabaretiers die op plaat werd opgenomen. Regel 13: Het oeuvre van Jacobs heeft een tijd voortgeleefd in het Jordaancabaret. Onder andere [[Tante Leen]] ("Op de Ruysdaelkade") en [[Willy Alberti\|Willy]] en [[Willeke Alberti]] ("Liefde alleen") hadden liedjes van hem op hun repertoire. Enkele van zijn liedjes: Brief van oude Stientje uit het Besjeshuis~~<br>~~▼ Een Minimumlijder~~<br>~~▼ ▲Brief van oude Stientje uit het Besjeshuis<br> Brief van Kokadorus aan de Burgemeester van Amsterdam~~<br>~~▼ ▲Een Minimumlijder<br> Limonadehoertjes~~<br>~~▼ ▲Brief van Kokadorus aan de Burgemeester van Amsterdam<br> Het Luxepaard en het Werkpaard (de Ruin en de Merrie)~~<br>~~▼ ▲Limonadehoertjes<br> ▲Het Luxepaard en het Werkpaard (de Ruin en de Merrie)<br> ==Externe link== *[http://www.inghist.nl/Onderzoek/Projecten/BWN/lemmata/bwn2/jacobs Jacobs in het BWN] [[Categorie:Nederlands cabaretier\|Jacobs, Eduard]]

Eduard Jacobs (cabaretier): verschil tussen versies