Koolstofkringloop: verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Regel 41:
Met 99,8 % van de totale hoeveelheid koolstof op aarde komt in de [[lithosfeer]] veruit de meeste koolstof voor. De uitwisseling is echter laag, in de lithosfeer is sprake van 'lange termijnopslag' van koolstof.
* [[sediment]]en en daaruit ontstane [[krijtgesteente]]:
* [[steenkool]], [[aardgas]], [[aardolie]] (4.100 Gt C)
* [[pedosfeer]] met [[humus]], [[veen (grondsoort)|turf]], sedimenten, [[mineraal|mineralen]] (1.500 Gt)
* [[grafiet]] en [[diamant]] (2 [[Allotropie|allotrope]] vormen van koolstof)
'''Gashydraat''' is een [[samengestelde stof|verbinding]] van ijs, of van water waarvan de temperatuur rond het vriespunt schommelt, met een gas dat in de moleculaire holtes (de [[intermoleculaire ruimte]] tussen de watermoleculen) van het water zit opgesloten. Voor de koolstofkringloop is in het bijzonder [[methaanhydraat]] van belang. Het zit opgesloten in het zeesediment en in de [[permafrost]]. Het opgesloten methaan is gevormd door [[anaeroob|anaerobe]] [[bacteriën|bacteriële]] [[biologische afbraak|omzetting]] van [[organische stof]]fen. Bij oververzadiging van water met het methaan, en bij temperaturen net onder het vriespunt of bij hoge [[druk (grootheid)|druk]] (in de [[oceaan]] vanaf 500 m diepte), worden methaanhydraten gevormd. Door verandering van druk en/of temperatuur kunnen grote hoeveelheden methaan vanuit de gebonden hydraatvorm binnen korte tijd vrij in de [[aardatmosfeer]] terechtkomen.
|