Paardenstaart (geslacht): verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Labels: Bewerking via mobiel Bewerking via mobiele website
k Wijzigingen door 84.83.109.224 (Overleg) hersteld tot de laatste versie door Erik Wannee
Regel 23:
 
== Bouw ==
De planten hebben een [[stengel]] met een centrale holte en twee ringen bijholtes eromheen. De stengel bestaat uit leden, waarbij het lid dat zijtakjes draagt afwijkt van de leden zonder zijtakken. De zijtakjes staan in kransen om de stengel heen en zijn eveneens geleed. De zeer talrijke [[spore]]n worden gevormd in een aar. De aar bevindt zich bij bepaalde soorten eieren[[eindstandig]] aan de gewone stengel, bevruchtmaar doorkan debij amnnetejsandere soortsoorten op een speciale [[bladgroen]]loze, de[[fertiel]]e stengel amnnaelijkeworden paardenstaartaangetroffen.
 
De aar is kegelvormig en bestaat uit een as met daar loodrecht op zeshoekige tafelvormige [[Sporangiofoor|sporangioforen]], waar aan de binnenkant de [[Sporangium|sporangiën]] zich bevinden. In de sporangiën bevinden zich de mannelijke en vrouwelijke sporen, die zich verder niet onderscheiden in vorm en grootte. De sporen hebben bladgroen en twee [[elatere]]n of springdraden, die in vochtige toestand om de spore zijn gewikkeld. Wanneer de elateren opdrogen strekken ze zich en duwen de spore uit de aar. In vochtige lucht draaien de elateren weer strak om de spore en neemt het zweefvermogen af. De sporen groeien uit tot [[bladgroen]]houdende [[voorkiem]]en (prothallia). In dit stadium vindt de [[bevruchting]] plaats waarna de het embryo tot een volledige plant kan uitgroeien. Succesvolle kieming vindt vooral plaats in [[pioniersoort|pionier-milieus]].