Bovenmantel: verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Labels: Bewerking via mobiel Bewerking via mobiele website |
k →Eigenschappen: sp |
||
Regel 5:
Omdat de aardkorst plaatselijk in dikte kan verschillen van 7 km onder de [[oceaan|oceanen]] ([[oceanische korst]]) tot 60 km onder [[continent]]en ([[continentale korst]]) ligt de bovengrens van de mantel op zeer variabele diepte. Het bovenste gedeelte van de mantel, dat direct onder de korst ligt, gedraagt zich nog zeer [[rigiditeit|rigide]] en wordt tot de [[lithosfeer]] gerekend (de zogenaamde [[lithosferische mantel]]). Onder de continenten kan de lithosfeer enkele honderden kilometers dik zijn, onder de oceanen is ze meestal dunner.
Onder de lithosfeer begint de [[asthenosfeer]] (ongeveer 150 tot 350 km diepte). Door de toenemende [[temperatuur]] (
Door het stijgen van de temperatuur zou verwacht kunnen worden dat gesteente op grotere dieptes volledig gesmolten zou zijn. Door de eveneens toenemende [[lithostatische druk]] is dit echter niet het geval. Onder de asthenosfeer wordt het materiaal juist weer rigider en visceuzer. Ondanks dat op deze dieptes vooral plastische deformatie plaatsvindt, komen tot 600 km diepte [[aardbeving]]en voor. Het bestaan hiervan is nog niet helemaal verklaard.
|