Communistische Partij van Nederland: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
k Wijzigingen door 46.44.158.11 (Overleg) hersteld tot de laatste versie door RomaineBot
Regel 56:
[[Bestand:Ina Brouwer tijdens toespraak, Bestanddeelnr 932-2806.jpg|thumb|Lijsttrekker Ina Brouwer tijdens een verkiezingstoespraak in 1982]]
 
Onmiddellijk na de bevrijding rees de fundamentele vraag of de CPN in zijn oude vorm moest terugkeren of moest opgaan in een bredere progressieve massabeweging. Deze laatste optie werd aanvankelijk ook door Paul de Groot omarmd. Tijdens de zgn. "juli-conferentie" van de naoorlogse CPN op 21, 22 en 23 juli 1945 stond deze keuze dan ook centraal. Door bemoeienis van Moskou veranderde De Groot echter plotseling van standpunt en beschuldigde de als "juli-oppositie" aangeduide groep (bestaande uit o.a. [[Daan Goulooze]], Anton Koejemans, Wim van Exter, [[Theun de Vries]]), die het idee van opgaan van de partij in een brede massabeweging afkeurde, van fractievorming. Ook laakten sommigen van de juli-oppositie tijdens de conferentie de passiviteit van De Groot in het verzet na de uitschakeling van het driemanschap in 1943 en hadden daarnaast moeite met zijn openlijk (maar vergeefs) lonken naar een ministerspost (Voedselvoorziening) in het naoorlogse noodkabinet Drees/Schermerhorn. De Groot kwam uiteindelijk als overwinnaar uit de strijd tevoorschijn en stelde daarmee zijn door menigeen ter discussie gestelde leiderspositie binnen de partij voor geruime tijd weer veilig.
Een strijdlied is een lied dat oproept tot strijd of strijdvaardigheid, vaak gebruikmakend van oorlogs- en martelaarspoëzie. Zijn toonzetting maakt het geschikt voor samenzang of mars. Het is bedoeld om de groepsidentiteit en –samenhang te bevestigen, te verstevigen of af te zetten ten aanzien van andere groeperingen en komt als dusdanig voor in alle tijden en samenlevingen. Ook geuzenliederen, spot- en protestliederen worden tot de strijdliederen gerekend.
 
Naast verzets- en emancipatiebewegingen, gebruiken ook gevestigde regimes het strijdlied om de nationale samenhang te bewaren. Veel nationale hymnes zijn strijdliederen, zoals de Marseillaise, het Wilhelmus en de Brabançonne. Bekend is ook het Horst Wessellied, destijds het partijlied van de NSDAP.
 
Tot in de jaren 60 van de 20e eeuw speelden strijdliederen een belangrijke en zichtbare rol in de Vlaamse Beweging. Veel Vlaamse toondichters componeerden strijdliederen die via scholen, jeugd- en culturele bewegingen en zangmanifestaties doordrongen tot in alle lagen van de bevolking. Naast kleinkunst en andere volksliederen programmeert het Vlaams Nationaal Zangfeest nog elk jaar een aantal Vlaamse strijdliederen voor de samenzang.
 
Strijdliederen vinden we terug in de psalmen en religieuze stromingen, waaronder de evangelische kerken en de rooms-katholieke kerk, maakten er gebruik van. "Ten kamp voor God" is onderdeel van de tekst van het strijdlied van de KSA (Kerels der Noordzee). Veel strijdliederen van de Vlaamse jeugdbewegingen en van de Vlaamse Beweging hadden ook katholieke strijdpunten in hun teksten.
 
Supporters van sportverenigingen uiten hun clubaanhang door het zingen van clubliederen, doorgaans zijn dit strijdliederen. In het algemeen maken veel verenigingen, zoals studentenverenigingen, gebruik van een strijdlied om de samenhorigheid te bevorderen.
 
Strijdliederen zijn ook liederen van de anarchistische, communistische of socialistische arbeidersbeweging. Vooral in de eerste helft van de twintigste eeuw vervulden zij een belangrijke functie bij het opluisteren van demonstraties en massamanifestaties. Ook daarna zijn strijdliederen ingezet in een breed scala van maatschappelijke actie; van de beweging tegen kernenergie tot die tegen de neutronenbom.
 
Strijdliederen maken onderdeel uit van strijdcultuur.
 
De activiteiten van de CPN tijdens de oorlog zorgden voor een hoogtepunt in de populariteit van de partij. Bij de gemeenteraadsverkiezingen begin 1946 behaalde de partij landelijk 16% van de stemmen. In de gemeente [[Amsterdam (gemeente)|Amsterdam]] werd de CPN zelfs de grootste partij met 32% van de stemmen en 15 raadszetels. De eerste naoorlogse [[Tweede Kamerverkiezingen 1946|Tweede-Kamerverkiezingen in datzelfde jaar]] leverden de partij 10,6% van de stemmen op, goed voor tien zetels. ''De Waarheid'' was enige tijd het meest gelezen dagblad van Nederland, mede door het verschijningsverbod dat [[de Telegraaf]] tot 1949 trof. Van 1947 tot 1981 was het hoofdkantoor gevestigd in het gebouw [[Felix Meritis]] te Amsterdam, waar aan de achterkant op de Prinsengracht de eigen drukpers gevestigd was. Deze pers was met obligatieleningen gefinancierd via een actie onder leden en aanhangers van de CPN.