Sint-Pietersabdij (Gent): verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
10Guillot (overleg | bijdragen)
10Guillot (overleg | bijdragen)
Regel 20:
De abdij was door haar rijkdom een aantrekkingspool voor belegeraars en ze werden beide door [[Karel de Grote]] betrokken in zijn verdedigingsgordel tegen de [[Vikingen]]. Deze invallers uit het noorden plunderden de abdij in de winter van [[879]]-[[880]].
 
In 941 werd de abdij hervormd, ten overstaan van de jonge [[Dirk II (graaf)|Dirk II]], die er vermoedelijk onder bescherming van zijn aanstaande schoonouders, [[Arnulf I van Vlaanderen]] en [[Aleidis van Vermandois]], werd opgevoed. Na zijn meerderjarigheid verving Dirk het houten [[Sint-Adelbertabdij|klooster in Egmond]] door een stenen gebouw en liet hij monniken uit de Sint-Pietersabdij overkomen.<ref>De Boer, D.E.H. & Cordfunke, E.H.P. (2010), ''Graven van Holland'', Walburg Pers, Zutphen, p. 21</ref>
De abdij met haar gebouwen en afhankelijkheden zoals hoeven, tuinen, woningen en landerijen vormde een zogenaamd abdijdorp, het [[Sint-Pietersdorp]]. De abdij bezat over haar grenzen uitgestrekte domeinen waaronder Vlaamse en Zeeuwse schorrengebieden waarop schapen graasden. De inwoners van het abdijdorp dreven handel in wol waarbij ze gebruik maakten van de privileges die de abdij had bedongen. Gent werd zo in de 11e eeuw een internationaal centrum van wol- en [[lakenindustrie|lakenhandel]]. Beide abdijen bezaten alle stadsgronden binnen de portus waarvoor de eigenaren jaarlijks belastingen moesten betalen.