Stoomturbine: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Regel 9:
De stoomturbine is rond 1883 uitgevonden door de [[Zweden|Zweedse]] ingenieur [[Gustav de Laval]] in zijn allersimpelste vorm, de [[lavalturbine]]. Deze turbine bestaat uit een groot aantal emmervormige schoepen die de stoom opvangen en omzetten in een rondgaande beweging. Hij gebruikte deze turbine om een melkcentrifuge aan te drijven.
 
In 1884 heeft de [[Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Ierland|Britse]] ingenieur [[Charles Algernon Parsons]] de reactieturbine ontworpen. Deze turbine laat de stoom in de lengterichting van de as stromen en verlaagt de druk trapsgewijs, verspreid over een aantal schoepenwielen.
 
Tegelijk met Parsons ontwierp [[Auguste Rateau]] een turbine waarbij de druk alleen verlaagd wordt bij de statorschoepen. Dit verschil leidt tot een flinke toename van het rendement. Tegenwoordig noemt men dit Zoellyturbines en dat zijn in feite in serie geschakelde lavalturbines. Door de aanwezigheid van meerdere elkaar opvolgende druk- en snelheidstrappen gaat de omtreksnelheid 'U' omlaag. De reden daarvoor is dat de omtreksnelheid en de warmteval over de druktrap rechtevenredig zijn. De warmteval per druktrap zal kleiner zijn en daardoor zal de omtreksnelheid ook reduceren. De warmteval van iedere druktrap (aaneengeschakelde turbines inachtnemend) moet echter wel gelijk blijven, anders zou men verschillende omtreksnelheden op een hoofdas krijgen.
Regel 36:
Dit is een turbine waarbij de uitgaande druk lager is dan de ingaande. Expansie gebeurt gedeeltelijk in de leischoepen en gedeeltelijk in de loopschoepen. Deze worden impuls/reactie-turbines of simpelweg reactieturbines genaamd. De parsonsturbine wordt hierin ondergebracht. De lei- en loopschoepen worden relatief gelijk uitgevoerd en omdat bij deze turbine het enthalpieverschil per trap (lei + loop) gelijk is, kan men uit het aantal trappen het gegeven of te bekomen vermogen berekenen. Wel ontstaat bij dit soort turbines, door de drukval per trap, een axiale asbelasting.
 
* [[Parsonsturbine]]. In 1884 heeft de [[Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Ierland|Britse]] ingenieur [[Charles Algernon Parsons]] de reactieturbine ontworpen, deze turbine laat de stoom in de lengterichting van de as stromen en verlaagt de druk geleidelijk, verspreid over een aantal schoepenwielen. De snelheid is nu 1500 of 3000 tr/min. Alle hedendaagse turbines zijn parsonturbines.
 
* [[Ljungströmturbine]], een turbine met twee tegengesteld draaiende assen. De leischoepen draaien ook, maar in tegengestelde richting.