Graafschap Dagsburg: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 4:
 
==Het graafschap tot het uitsterven van het gravenhuis in 1211==
De voorvaderen van de graven van Dagsburg zijn al in de zevende eeuw aanwijsbaar. Naast de Dagsburg bezit de familie ook [[Egisheim]] in de [[Boven-Elzas]]. In 1153 krijgen zij het stadsgraafschap [[rijksstad Metz]] en de voogdij over het [[prinsbisdom Metz|bisdom Metz]].
De enige nakomeling van de laatste graaf Albert II (overleden 1211) is zijn dochter Gertrude. Zij overlijdt in 1223 na drie kinderloze huwelijken (hertog [[Theobald I van Lotharingen]], graaf [[Theobald I van Navarra|Tedbald IV van de Champagne]], graaf Simon van Leiningen). Het bezit bestond toen uit 11 burchten, de voogdij over 9 kloosters en aandelen in zoutmijnen en Vogezenpassen.
Simon van [[vorstendom Leiningen|Leiningen]] erft alleen de kern van het graafschap. Andere gebieden kwamen aan het [[prinsbisdom Straatsburg|bisdom Straatsburg]] en het bisdom Metz.
 
Regel 13:
Deze tak van het huis Leiningen sterft in 1468 uit. Ten gevolge van het huwelijk van Maragaretha van Leiningen (de zuster van de laatste graaf) met Reinhard, heer van Westerburg komt het grootste deel van de bezittingen aan het nieuwe huis [[Graafschap Leiningen-Westerburg|Leiningen-Westerburg]]. Het graafschap Dagsburg gaat echter naar de jongere tak [[vorstendom Leiningen|Leiningen-Hardenburg]].
Van 1657 tot 1706 bestaat er weer een zijtak Leiningen-Dagsburg.
Het graafschap Dagsburg komt in 1681/97 onder de soevereiniteit van [[koninkrijk Frankrijk]] met [[Lodewijk XIV van Frankrijk]] in plaats van het Heilige Roomse Rijk. Het graafschap blijft wel in het bezit van Leiningen totdat het in 1797 door Frankrijk[[eerste Franse Republiek| Franse Republiek]] wordt geannexeerd. De graven van Leiningen worden in de [[Reichsdeputationshauptschluss]] van het Duitse Rijk in 1803 schadeloos gesteld.
 
[[Categorie:Graafschap|Dagsb]]