Kerkbaljuw: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Gerebernus (overleg | bijdragen)
Geen bewerkingssamenvatting
paragraafindeling + volgorde tekst gewijzigd; tekstaanvullingen + ref; afbeelding + commonscat link toegevoegd
Regel 1:
[[Bestand:Kerkbaljuw of Suisse (pikman) 29-06-2008 11-59-26.JPG|{{Largethumb}}thumb|De kerkbaljuw190px|Kerkbaljuw van de [[Onze-Lieve-Vrouwebasiliek (Tongeren)|Onze-Lieve-Vrouwebasiliek]] te [[Tongeren (stad)|Tongeren]]]]
[[Bestand:20180603 Maastricht Heiligdomsvaart 239 (cropped).jpg|thumb|190px|Kerkbaljuw van de [[Sint-Servaasbasiliek (Maastricht)|Sint-Servaasbasiliek]] in [[Maastricht]]]]
De '''kerkbaljuw''', in de volksmond meestal '''suisse''' genoemd, is een ordebewaker in een [[rooms-katholieke]] [[kerk (gebouw)|kerk]]. Het is als [[kerkelijk ambt]] ontstaan op het einde van de [[19e eeuw]], hoewel er al eeuwen eerder baljuws actief waren in binnen de Kerk. Zo zou in 1613 in [[Stekene]] een kerkbaljuw actief geweest zijn. De kerkbaljuw werd vergeleken met de [[paus|pauselijke]] [[Zwitserse Garde]], vandaar dat men hem vaak ''suisse'' noemde. Tot de taken van de kerkbaljuw behoorde het ophalen van de [[priester]] in de [[sacristie]], om hem - na de mis - weer daarheen terug te vergezellen. Tijdens de [[consecratie]] salueerde de ordebewaaker, staande vooraan in het middenpad van de kerk.
De '''kerkbaljuw''' of '''suisse''' is een ordebewaker in een [[rooms-katholieke]] [[kerk (gebouw)|kerk]], die tegenwoordig vooral een ceremoniële taak vervult.
 
== Geschiedenis ==
Anno 2017 is het baljuwschap voornamelijk een ceremoniële taak. Het ambt werd veelal doorgegeven van vader op zoon en men beschouwde het doorgaans als een eer om de taak te mogen vervullen. Sinds de [[tweede beeldenstorm]] verdween het ambt in tal van parochies, maar hier en daar kan men nog een kerkbaljuw tegenkomen.
Het [[kerkelijk ambt]] van kerkbaljuw is in zijn huidige vorm ontstaan in de [[19e eeuw]], hoewel er al eeuwen eerder ordebewakers actief waren binnen katholieke kerken. Zo zou in 1613 in [[Stekene]] een kerkbaljuw actief geweest zijn. Na de Franse tijd werd het baljuwschap voornamelijk een ceremoniële taak. Het ambt werd beschouwd als een eervolle taak en werd veelal doorgegeven van vader op zoon. In Maastricht werden de baljuwen van de beide [[kapittelkerk]]en tijdens het ''[[ancien régime]]'' aangeduid als roededragers ([[Latijn]]: ''bastionarius''), omdat ze tijdens [[processie]]s de processiestaven of roedes droegen, als symbool voor de rechtsmacht van de [[Seculier kapittel|kapittels]]. Later werden ze aangeduid als koorgezellen, wat in het [[Maastrichts]] verbasterd werd tot ''koerezel''.<ref>{{aut|P.J.H. Ubachs en I.M.H. Evers}} (2005): ''Historische Encyclopedie Maastricht'', p. 447: 'roededragers' en p. 521: 'suisse'. Walburg Pers, Zutphen. {{ISBN|905730399X}}</ref> Omdat de kerkbaljuw werd vergeleken met de [[paus|pauselijke]] [[Zwitserse Garde]], wordt hij in de volksmond meestal aangeduid als ''suisse'' ([[Duits]]: ''Kirchenschweizer'' of ''Domschweizer'').
 
Tot de taken van de kerkbaljuw behoorde het ophalen van de [[priester]] in de [[sacristie]], om hem - na de mis - weer daarheen terug te vergezellen. Tijdens de [[consecratie]] salueerde de ordebewaker, staande vooraan in het middenpad van de kerk. Sinds de [[tweede beeldenstorm]] van de jaren zestig is het ambt in tal van parochies verdwenen, maar hier en daar, vooral in de grotere stadskerken, kan men nog een kerkbaljuw aantreffen. Tegenwoordig is de suisse meestal alleen aanwezig tijdens missen op hoogtijdagen in de kerk, vooral bedoeld ter opluistering van de eredienst. Ook loopt hij vaak mee in processies, meestal in de nabijheid van de priester die de [[monstrans]] met het [[Lichaam van Christus|Allerheiligste]] draagt.
In [[Nederland]] bestond in parochies vaak een college van ''Eerbied in Gods huis'', waarvan de leden een vergelijkbare functie vervulden als de baljuw.
 
== Kledij ==
* SpierwitWit [[overhemd|hemd]] met opstaande boord en zwarte vlinderdas.
* Laag uitgesneden ondervest.;
* Lange donkerblauwe of zwarte [[jas]] afgeboord met rode biezen en goudgalon.;
* Donkerblauwe of zwarte [[broek (kledingstuk)|broek]] en zwarte [[schoen]]en.;
* [[Steek (hoofddeksel)|Steekhoed]] met pluim en witte [[handschoen]]en;
* Over de rechterschouder een purperen bandelier met als tekst:
** ofwel -: KERKPOLITIE - (eerste periode)
** ofwel -: EERBIED IN GODS HUIS;
* Als teken van zijn gezag draagt hij een "pieke" of [[hellebaardSabel (wapen)|sabel]] en een "pieke" of [[Staf (voorwerp)|stafhellebaard]].
 
{{Appendix}}
{{Commonscat|Ecclesiastical guards}}
 
[[Categorie:Geestelijk ambt in de Rooms-Katholieke Kerk]]