Algemene heffingskorting: verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
intro: eerste algemene uitleg, daarna pas specifieke uitleg over recente situatie, want die is met wat historische achtergrond beter te begrijpen, bovendien is dit geen belastingalmanak |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 1:
De '''algemene heffingskorting''' is een
==Geschiedenis==
De algemene heffingskorting werd in 2001 samen met andere heffingskortingen geïntroduceerd als opvolger van de [[belastingvrije som|belastingvrije voet]]. De eerste jaren was de korting alleen afhankelijk van de vraag of men de [[AOW-leeftijd]] al had bereikt: omdat AOW-gerechtigden geen AOW-premie hoeven te betalen, is de korting voor hen lager, zodat het inkomen vanaf waar men belasting gaat betalen voor beide groepen gelijk is (ongeveer 6000 euro). Voor AOW-gerechtigden was de heffingskorting ongeveer 1000 euro en voor anderen ongeveer 2000 euro.
Sinds 2014 is de algemene heffingskorting inkomensafhankelijk. Dit houdt in dat de korting vanaf een bepaald lineair afneemt naarmate het inkomen hoger wordt. Aanvankelijk werden de grenswaarden per jaar vastgesteld, sinds 2016 komen ze overeen met de verschillende [[belastingschijf|belastingschijven]].
==Heden== Voor mensen met een inkomen dat binnen de eerste schijf van [[box 1]] valt is de korting maximaal (dus niet inkomensafhankelijk), met het inkomen in de tweede en derde schijf van box 1 neemt deze lineair af en in de vierde schijf is deze nul. Aangezien het afbouwtraject even lang is als de tweede en derde schijf samen, is het verlengen van de derde schijf, zoals die voor een reeks van jaren is bepaald, niet alleen gunstig voor wie een inkomen in de vierde schijf heeft (die hoeven minder belasting te betalen in die schijf) maar ook voor wie toch al geen inkomen in de vierde schijf heeft: het langere afbouwtraject beperkt het percentage waarmee de algemene heffingskorting wordt verminderd. De algemene heffingskorting bedraagt:
|