Hersenzenuw: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Regel 7:
De terminale zenuw, de [[nervus olfactorius]] (N. I) en de [[nervus opticus]] (N. II) ontspringen uit het [[cerebellum]] of de voorhersenen. De andere tien paar ontspringen uit de hersenstam, het diepste deel van de hersenen.<ref name="Vilensky"/>
 
De hersenzenuwen maken deel uit van het [[perifeer zenuwstelsel|perifere zenuwstelsel]] (PZS),<ref name="Vilensky"/> hoewel N. I en N. II op structureel niveau eigenlijk beter bij het centrale zenuwstelsel passen.<ref>Board Review Series – Neuroanatomy, Fourth Edition, Lippincott Williams & Wilkins, Maryland 2008, p. 177. {{ISBN |978-0-7817-7245-7}}.</ref>
 
==Omschrijving==
Regel 29:
| N. II || sensorisch || [[nervus opticus]] || gezichtszenuw,<br>oogzenuw || De 'oogzenuw' vormt de verbinding tussen de [[hersenen]] en het [[Oog (anatomie)|oog]].
|-
| N. III || [[Motorische zenuw|motorisch]] || [[nervus oculomotorius]] || oogbewegingszenuw || Deze hoofdzakelijk motorische zenuw stuurt de [[musculus levator palpebrae superioris|m. levator palpebrae superioris]], dat is de spier die het bovenste ooglid optilt, en vier van de zes (per oog) uitwendige [[oogspier|oogspieren]]en, die het oog bewegen:<br>1 de [[Musculus rectus superior oculi|m. rectus superior]] (omhoog kijken),<br>2 de [[Musculus rectus inferior oculi|m. rectus inferior]] (omlaag kijken),<br>3 de [[Musculus rectus medialis|m. rectus medialis]] (naar binnen kijken) en<br>4 de [[Musculus obliquus inferior|m. obliquus inferior]] (omhoog kijken en rotatie van het oog).<br>Daarnaast geleidt deze zenuw de [[proprioceptie]] van dezelfde intrinsieke oogspieren (dit is het sensorische deel van deze zenuw). Met deze zenuw lopen ook zenuwvezels uit de zogenaamde [[kern van Edinger-Westphal]] mee die de inwendige oogspieren van de [[Pupil (anatomie)|pupil]] en de [[ooglens]] aansturen.
|-
| N. IV || motorisch || [[nervus trochlearis]] || katrolzenuw || De zenuw die de [[Musculus obliquus superior|m. obliquus superior]] verzorgt. Dit is samen met de [[Musculus obliquus inferior|m. obliquus inferior]] een van de twee zg. schuine oogspieren die de meest complexe invloed hebben op de bewegingen van het oog. Het effect ervan is mede afhankelijk van de stand van het oog. Voornaamste functies zijn bij het naar beneden kijken en het laten roteren van het oog om de lengte-as.
Regel 65:
Wanneer de nervus opticus beschadigd is, worden bepaalde aspecten van het zicht aangetast, afhankelijk van waar de schade zit. Zo kan het voorkomen dat iemand geen objecten meer kan zien aan de linker- of rechterkant van het gezichtsveld (homonieme [[hemianopsie]]). Het is ook mogelijk dat iemand objecten aan de randen van het gezichtsveld niet meer kan zien (bitemporale hemianopsie), als ook het [[optisch chiasme]] is beschadigd.<ref name=Netter2007>{{cite book|author=Norton, N.|title=Netter's head and neck anatomy for dentistry|year=2007|publisher=Saunders Elsevier|location=Philadelphia, Pa.|isbn=978-1-929007-88-2}}</ref> Het zicht kan worden getest door het gezichtsveld te onderzoeken, of door het netvlies te onderzoeken met een oftalmoscoop ([[funduscopie]]). Het testen van het gezichtsveld kan worden gebruikt om structurele laesies in de nervus opticus of verder in de visuele paden aan te wijzen.<ref name="Kandel"/>
 
[[Bestand:Lawrence 1960 14.13.png|thumb||150px|Verschilende afwijkingen aan de ogen vanwege beschadigingen aan de hersenzenuwen]]
===Oogbeweging (N. III, IV & VI)===
De [[nervus oculomotorius]] (N. III), [[nervus trochlearis]] (N. IV) en [[nervus abducens]] (N. VI) sturen samen oogbewegingen aan.
 
Schade aan nervi III, IV en VI kan de beweging van de oogbal aantasten. Eén of beide ogen kunnen worden aangetast, maar in beide gevallen treedt waarschijnlijk dubbelzien ([[diplopie]]) op omdat de bewegingen van de ogen niet meer synchroon zijn. Nervi III, IV en VI worden getest door te kijken hoe het oog een object, zoals een vinger, volgt op verschillende plekken. Het object kan in verschillende richtingen worden bewogen om ook de achtervolgingssnelheid te testen.<ref name="Kandel"/> Als de ogen niet samenwerken, komt dit hoogstwaarschijnlijk door schade aan een specifieke hersenzenuw of de bijbehorende nuclei.<ref name="Kandel"/>