Aino (volk): verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Regel 26:
De oudste nederzettingen in Japan zijn gelokaliseerd in het zuiden en dateren van ongeveer 35.000 voor Christus. De oudste nederzettingen in Hokkaido dateren van rond 18.000 voor Christus.
 
Rond 18.000 voor Christus werd via deze twee routes een nieuwe techniek om [[Microliet|kleine [[stenen werktuigen]] te vervaardigen geïntroduceerd in Japan. Dit zorgde ervoor dat men dodelijke en precieze pijlen en wapens kon maken, wat resulteerde in een effectievere jacht. Het volk paste zich succesvol aan de omgeving aan.
 
De ijstijd eindigde en Oost-Azië begon zijn moderne vorm aan te nemen. Verschillende kleine volkeren, elk met hun eigen culturele kenmerken, gingen ideeën en goederen uitwisselen; dat gebeurde ook met Korea en de riviervallei van de Amur[[Amoer (rivier)|Amoer]] in Rusland.
 
Of aardewerk in Japan werd uitgevonden of geïntroduceerd werd via handel is onbekend, maar het staat vast dat het de plaatselijke cultuur veranderd heeft. De [[Jomonperiode]] startte met de introductie van aardewerk. Dit aardewerk behoort tot het oudste ter wereld. Ongeveer 80% van de Jomonsites zijn gelokaliseerd in het noordelijke deel van Honshu en Hokkaido.
Regel 38:
IJzer werd vlug populair en werd gebruikt om onder andere wapens te maken. Handel en vriendschappelijke relaties met volkeren in Noord-Honshu zorgden ervoor dat rijst, verschillende aardewerkstijlen, glas en metaal werden ingevoerd in Hokkaido. Deze veranderingen kondigden het begin van de Epi-Jomoncultuur aan.
 
Een nieuwe cultuur deed haar intrede via de AmurAmoervallei vallei inen Sachalin via het noorden en ging door naar het zuiden tot aan de zee van Okhotsk. Deze cultuur werd de Okhotsk-cultuur genoemd. Men bracht bepaalde praktijken van het Aziatische vasteland mee. Varkensboerderijen vulden de zeezoogdierenjacht en de visvangst aan.
 
Om politieke redenen verhuisden meer Okhotsk van de AmurvalleiAmoervallei naar zuid-Sachalin. Door overbevolking staken er velen de zee over en gingen ze zich vestigen in Noordoost-Hokkaido en de Koerilen. Het Okhotskvolk legde zich vooral op visvangst, zeezoogdierenjacht en handel toe.
 
Tijdens deze periode deed de Satsumoncultuur haar intrede in [[Hokkaido (Japan)|Hokkaido]]. Aardewerkstijlen en productiemethodes van Noord-Honshu geven aan dat het vroege Satsumonvolk oorspronkelijk van het Aziatische vasteland kwam. Ze waren waarschijnlijk Jomonverwante gemeenschappen die werden beïnvloed door de Yayoimigratie rond 300 voor Christus. Hierbij komt ook dat de leiders van de Japanse staat het Honshuvolk aanspoorden om zich te vestigen op de noordelijke eilanden. Zij brachten nieuwe productiemethodes en nieuwe ideeën mee. De Satsumongemeenschappen verhuisden naar het oosten van Hokkaido, Sachalin en de Koerilen. Langzamerhand werd de Okhotskcultuur door de Satsumoncultuur vervangen, waarschijnlijk door militaire overwinningen of huwelijken.