Willem II van Oranje: verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Regel 35:
== Staatsgreep ==
In juli 1650 probeerde Willem dit vacuüm in zijn voordeel te beslechten. Samen met [[Willem Frederik van Nassau-Dietz]], stadhouder van Friesland, bereidde hij een staatsgreep voor die tot doel had de rol van de Staten-Generaal te versterken en de macht van het gewest Holland te breken. Eerst was er een [[propaganda (communicatie)|propaganda]]-veldtocht. Er werd in Holland een vervalst geschrift uitgegeven
Een aantal tegenstanders werd aangehouden, zoals admiraal [[Witte de With]].<ref>Tot zijn tegenstanders behoorden ook de gebroeders [[Andries Bicker|Andries]], [[Jan Bicker|Jan]] en [[Cornelis Bicker]], [[Cornelis de Graeff (1599-1664)|Cornelis]] en [[Andries de Graeff]], [[Adriaan Pauw (1585-1653)|Adriaen Pauw]], [[Anthony Oetgens van Waveren]] uit Amsterdam, [[Jacob de Witt]], [[Nicolaes Ruysch]], [[Cornelis van Beveren van Strevelshoeck]] uit Dordrecht, [[Nanning Keyser]] uit Hoorn en [[Nicolaes Stellingwerf]] uit Medemblik.</ref> Een zestal Statenleden werd opgesloten op [[Slot Loevestein]], onder wie [[Jacob de Witt]] (vader van de latere [[raadspensionaris]] van Holland [[Johan de Witt]]) en de burgemeesters van Haarlem, Delft, Hoorn en Medemblik.<ref>Deze internering was aanleiding voor het ontstaan van de benaming ''[[Loevesteinse factie]]'' voor de [[Staatsgezinden|staatsgezinde]], antistadhouderlijke groepering in de Republiek.</ref> Willem kreeg geen steun van Zeeland en Holland om in naam van de [[Staten-Generaal der Nederlanden|Staten-Generaal]] in te grijpen en eenzijdig legereenheden te ontbinden. De prins trok met zijn leger van Dordrecht naar Delft en Amsterdam. Een deel van de troepen, onder [[Cornelis van Aerssen (1600-1662)|Cornelis van Aerssen]] en [[Frederik van Dohna-Carwinden|Frederik van Dohna]], verdwaalde op de hei bij [[Hilversum]] door onweer en slecht zicht. Hoewel de [[Aanslag op Amsterdam (1650)|verrassingsaanval op Amsterdam]] zo mislukte, kreeg de Prins wel zijn zin. [[Cornelis de Graeff (1599-1664)|Cornelis de Graeff]] kreeg van Willem te horen dat [[Cornelis Bicker]] en zijn broer [[Andries Bicker]] uit de [[vroedschap]] moesten verdwijnen, wat gebeurde. De [[Loevesteinse factie]] werd vrijgelaten.
|