Johanna Westerdijk: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Hansmuller (overleg | bijdragen)
mycoloog
OTBugter (overleg | bijdragen)
Toevoeging kopjes over de inzet van Westerdijk voor vrouwen in de wetenschap en over wetenschapsorganisaties
Regel 26:
In 1913 en later maakte Westerdijk studiereizen naar [[Nederlands Oost-Indië]], [[Japan]], de [[Verenigde Staten]], [[Portugal]] en [[Zuid-Afrika]]. Dankzij de contacten die ze legde vonden vele van haar studenten werk, vooral in Indië. In 1917 werd ze benoemd tot buitengewoon hoogleraar in de [[fytopathologie]] aan de Rijksuniversiteit te Utrecht, waarmee zij de eerste vrouwelijke hoogleraar in Nederland werd.<ref>In 1907 was [[Marie Elise Loke]] te Groningen als eerste vrouw in Nederland benoemd tot lector (nieuwe Franse taal- en letterkunde); in 1904 was te Utrecht [[Johanna de Jongh]] toegelaten als eerste vrouwelijke privaatdocent (kunstgeschiedenis).</ref> In 1930 werd ze ook aan de [[Universiteit van Amsterdam]] buitengewoon hoogleraar in de fytopathologie. Tussen 1922 en 1952 [[Wetenschappelijke promotie|promoveerden]] 56 onderzoekers bij haar, te beginnen met [[Bea Schwarz]] (Marie Beatrice Schol-Schwarz), die de oorzaak van de iepziekte ontdekte. Ook de ieponderzoeker [[Christine Buisman]] en de fytopathologe Maria Petronella Löhnis (ook Lohnis, 1888-1964) werden door Westerdijk opgeleid.
 
Johanna Westerdijk stond bekend als gastvrij, muzikaal en dol op feestjes maar ook als goede docente, onderzoeksleider en organisator. OpZe hetwas congreslid van verschillende wetenschappelijke organisaties zoals de [[Vereniging van vrouwen met hogere opleiding VVAO|VVAO]] (Vereniging van vrouwen met een hogere opleiding) en het ''International FederationFoundation offor University Women'' in(tegenwoordig 1932[[Graduate werd zeWomen tot presidente gekozenInternational]]). In 1951 werd ze benoemd tot lid van de [[Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen]] (1951) en ze kreeg eredoctoraten aan de universiteiten van Upsala (1957) en Giessen(1958).
 
Haar [[motto]] was:
:''Werken en feesten vormt schoone geesten.''
 
== Inzet voor vrouwen in de wetenschap ==
Sinds haar aanstelling als hoogleraar in 1917, zette Westerdijk zich in voor de vrouwelijke studenten. Westerdijk was zich er goed van bewust dat in een mannenwereld leefde.<ref>{{Citeer boek|auteurlink=Patricia Faasse|titel=Een beetje opstandigheid. Johanna Westerdijk, de eerste vrouwelijke hoogleraar van Nederland|datum=2012|bladzijdes=237|ISBN=978 90 254 3944 6|bezochtdatum=|URLdatum=}}</ref> Toch beïnvloedde dit haar niet. Ze wist dat ze haar positie als hoogleraar aan mannen als [[Friedrich Went|Friedrich 'Frits' Went]] en [[Hugo de Vries]] te danken had, maar wist ook dat deze positie zeer belangrijk was. Ze was immers hoogleraar, en genoot zowel nationaal en internationaal veel aanzien. Ze had inmiddels hetzelfde aanzien en dezelfde status als Went en De Vries, aan wie ze haar hoogleraarschap te danken had.<ref>{{Citeer boek|auteurlink=Faasse|titel=Een beetje opstandigheid.|datum=2012|bladzijdes=237|ISBN=|bezochtdatum=|URLdatum=}}</ref> Westerdijk gebruikte haar aanzien en positie om de rol en positie van vrouwen in de wetenschap te verbeteren . Ze gebruikte haar positie als hoogleraar en directeur van het [[Centraalbureau voor Schimmelcultures|Centraal Bureau voor Schimmelcultures]] om meerdere vrouwen aan te nemen. Wanneer er posities vrijkomen binnen het bureau, had ze een voorkeur om haar vrouwelijke studentes aan te nemen.<ref>{{Citeer boek|auteurlink=Faasse|titel=Een beetje opstandigheid.|datum=2012|bladzijdes=241|ISBN=|bezochtdatum=|URLdatum=}}</ref>
 
Haar inzet voor de vrouwen in de wetenschap wil niet betekenen dat Westerdijk een uitgesproken feminist was. Hoewel ze zich inderdaad inzette voor de vrouwen in de wetenschap, is ze nooit naar voren getreden als feminist. Tijdens haar rondreis voor haar benoeming tot hoogleraar in 1914 deed ze ook de [[Verenigde Staten]] aan. Het [[puritanisme]] voerde destijds het hoogtij in de Verenigde Staten. Voor haar reis had Westerdijk een positief beeld van Amerika. Er waren zelfs staten waar vrouwen mochten stemmen. In Nederland kon dit pas in 1919. Maar haar beeld van een geëmancipeerd Amerika veranderde snel. Ze kwam er snel achter dat politieke vrijheid niet alles is. Ze mocht bijvoorbeeld niet met mannelijke biologen door dezelfde deur en werd raar aangekeken omdat ze alleen in een hotelkamer sliep. De sociale vrijheid was in Amerika veel kleiner dan in Nederland, mede door het puritanisme. Westerdijk vroeg zich af wat het nut van politieke vrijheid is, als de sociale vrijheid achterblijft.<ref>{{Citeer boek|auteurlink=Faasse|titel=Een beetje opstandigheid.|datum=2012|bladzijdes=125-131|ISBN=|bezochtdatum=|URLdatum=}}</ref>
 
== Wetenschapsorganisaties ==
Naast haar werk als hoogleraar en directeur was Westerdijk ook lid van meerdere wetenschappelijke organisaties. Van 1918 tot 1931 was ze bestuurslid van de [[Vereniging van vrouwen met hogere opleiding VVAO|VVAO]], de Vereniging van vrouwen met een hogere opleiding.<ref>{{Citeer web|url=http://www.vvao.nl/html/index.php|titel=Vereniging van vrouwen met een hogere opleiding|bezochtdatum=13-10-2016|auteur=|datum=|uitgever=}}</ref> Ook was ze in zowel 1932 als 1936 presidente bij congressen van het IFUW, het International Foundation for University Women (tegenwoordig het [[Graduate Women International]]).<ref>{{Citeer web|url=http://www.graduatewomen.org/|titel=Graduate Women International|bezochtdatum=13-10-2016|auteur=|datum=|uitgever=}}</ref> Op 29 mei 1951 wordt Westerdijk door de [[Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen|Koninklijke Nederlandse Academie van Wetenschappen]] opgenomen in de genootschappelijke gelederen.
 
Westerdijk zette zich niet alleen in voor vrouwelijke studenten, maar voor alle studenten. Zo deed in 1939 een groep Zuid-Afrikaanse studenten Nederland aan. De Amsterdamse Vrouwelijke Studenten Vereniging weigerde de studenten te ontvangen, omdat het een gemengde (mannen en vrouwen) groep betrof. Dit druiste in tegen de opvattingen van Westerdijk. Voor Westerdijk was de (internationale) wetenschap principieel democratisch, en uitsluiting op welke grond dan ook was ongeoorloofd. In 1934 had de IFUW onder leiding van Westerdijk een resolutie aangenomen die stelde dat de IFUW nationale verenigingen voor academische vrouwen (zoals de VVAO) kon weren van lidmaatschap van de IFUW als de nationale verenigingen gekwalificeerde vrouwen uitsloot op grond van ras, godsdienst of politieke voorkeuren.<ref>{{Citeer boek|auteurlink=Faasse|titel=Een beetje opstandigheid.|datum=2012|bladzijdes=258-260|ISBN=|bezochtdatum=|URLdatum=}}</ref> Deze resolutie vond zijn grondslagen in een principe wat al bestond sinds de oprichting van de IFUW in 1919: de wens om politiek neutraal te blijven. De resolutie uit 1934 kwam voort uit de vraagstukken die ontstonden door de opkomst van [[Nationaalsocialisme|nazistische]] en [[Fascisme|fascistische]] regimes in Europa. In [[Italië]] en [[Duitsland]] kwamen de nationale verenigingen onder vuur te staan van de fascistische en nazistische regimes. In [[Krakau]] in 1936 werd besloten dat hoewel de nationale verenigingen geweerd konden worden, de IFUW academische vrouwen uit deze landen alsnog individueel kon opnemen als zij of geweerd werden van lidmaatschap van de nationale vereniging, of in ballingschap leefden, of waarvan de nationale vereniging niet meer bestond (zoals in Italië). Statutair gezien konden vrouwenorganisaties worden geweerd, maar het hoorde bij de morele plicht van de IFUW om individuele vrouwen te steunen die de dupe waren geworden van uitsluiting (door nationale verenigingen of door uitsluiting van de IFUW). De resolutie uit 1934 werd in 1939 ook toegevoegd aan Artikel 1 van de IFUW.<ref>{{Citeer boek|auteurlink=Faasse|titel=Een beetje opstandigheid.|datum=2012|bladzijdes=258-259.|ISBN=|bezochtdatum=|URLdatum=}}</ref> In lijn met deze resolutie, en de morele plicht om individuele leden te helpen, hielp de IFUW vrouwelijke wetenschappers te ontsnappen uit nazi-Duitsland.<ref>{{Citeer web|url=http://uwind.mpiwg-berlin.mpg.de/en/node/21|titel=Aid to Refugees|bezochtdatum=13-10-2016|auteur=|datum=|uitgever=Max Planck Institute for the History of Science}}</ref> Ook schreef Westerdijk in 1937 samen met zes andere wetenschappers een brief naar [[Adolf Hitler]], in de tevergeefse hoop de wetenschapper [[Liselotte Hermann]] vrij te krijgen.<ref>{{Citeer boek|auteurlink=Faasse|titel=Een beetje opstandigheid.|datum=2012|bladzijdes=279|ISBN=|bezochtdatum=|URLdatum=}}</ref>
 
==Publicaties Westerdijk==
Regel 52 ⟶ 62:
*{{aut|Ridder, Iris de & Wies Teepe}}, ''Leven en werk van Johanna Westerdijk'', Utrecht?, 1980?
*{{aut|Schol-Schwarz, M.B. }}, ''De persoon van Professor Dr Johanna Westerdijk'', Tijdschrift over Plantenziekten 58 (1952) 200-201
{{commonscat}}
 
==Externe links==
*Portret in [http://www.inghist.nl/Onderzoek/Projecten/BWN/lemmata/bwn2/westerdijk Biografisch Woordenboek van Nederland]
Regel 61 ⟶ 69:
 
==Noten==
{{references}}{{commonscat}}
 
{{DEFAULTSORT:Westerdijk,Johanna}}