Jan Cremer: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
k +wikilink
k vt
Regel 26:
 
Beide citaten onthullen zijn vermogen tot choqueren of op zijn minst aandacht trekken en zichzelf verkopen als een [[lefgozer]] met bewijsbaar talent (vgl. [[James Dean]]): cultuur als een last ervaren past in dit plaatje. Met name ''Ik Jan Cremer'', maar ook zijn 'peinture barbarisme', vergelijkbaar met die van [[Karel Appel]], hebben een grote schok door de maatschappij doen gaan. Acties als het hangen van een kaartje van fl 1.000.000,- aan een schilderij (hij was toen slechts 18 jaar) en het luid toeterend langs het boekenbal crossen hebben hem tot [[enfant terrible (uitdrukking)|enfant terrible]] van de Nederlandse beeldende kunst en literatuur gemaakt.
[[FileBestand:Jan Cremer (1964).jpg|left|thumb|Jan Cremer met zijn boek ''[[Ik, Jan Cremer]]'' (1964)]]
De literaire relevantie van Cremers werk is vooral belichaamd in ''Ik Jan Cremer''. Centraal daarbij is de bevrijding van de idealen van de [[1950-1959|jaren 50]]. Het is een voorbode van de [[vrije seks]] en wilde jaren 60. Dit verklaart waarom Cremer ook buiten Nederland veel gelezen werd. Ook dit leverde kritiek op. Over het boek werden Kamervragen gesteld, het werd fascistisch genoemd en voetbalvandalen werden beschuldigd van "Jan Cremerisme".
 
Regel 37:
Cremer wordt door [[Remco Campert]] in diens novelle ''[[Tjeempie! Of Liesje in Luiletterland]]'' gepersifleerd als het Roofdier, als een van de moderne schrijvers die Liesje gaat opzoeken. Hierin wordt Cremer omschreven als een agressieve rouwdouwer voor wie iedereen in het stof kruipt. Hij weet dat het om "munnie in de pokkut en een bebie in bed" gaat, en heeft in plaats van een auto dan ook een gouden helikopter. Van alle moderne schrijvers wordt hij gekenmerkt als de ergste: "hij is geen mens maar een beest".
 
In 1999 verschijntverscheen de verhalenbundel ''[[De Venus van Montparnasse]]'', een verzameling van een twaalftal literaire reportages uit het journalistieke repertoire van Cremer.
 
In zijn boek ''De Hunnen'' levert Cremer felle kritiek op de regering in Londen tijdens de bezetting in de Tweede Wereldoorlog, die in 1944 opriep tot de [[Spoorwegstaking van 1944|Spoorwegstaking]]. Deze staking heeft volgens hem in feite de Hongerwinter veroorzaakt, doordat door die staking voedsel vanuit de noordelijke delen van het land (o.a. aardappelen uit Groningen) niet naar de grote steden in het hongerende westen van het land vervoerd konden worden.