Carel Victor Gerritsen: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Wat speculatie en overbodige dubbeloppigheid geknipt. Taalpoets.
k WPCleaner v1.37 - Link naar doorverwijspagina aangepast. Help mee! - De Dageraad
Regel 34:
 
==Raadslid in Amersfoort==
In 1874 keerde Gerritsen weer terug naar Amersfoort waar hij met zijn broer David (en aanvankelijk ook met zijn vader) in het familiebedrijf aan de slag ging. Vanaf dat moment werden zijn maatschappelijke activiteiten steeds uitgebreider. Zo pakte hij de draad van de vrijmetselarij weer op. Hij was tussen 1875 en 1878 zeer actief als ceremoniemeester, penningmeester en hofmeester in de Amersfoortse loge die hij en zijn vader hadden opgericht onder de naam van Jacob van Campen. Ook werd hij actief in de vrijdenkersvereniging [[De Vrije Gedachte|De Dageraad]], waarvan hij rond 1880 penningmeester werd. De Dageraad voerde strijd tegen de macht van de kerken en de bevoorrechting door de overheid van gelovigen boven atheïsten. Vanaf 1882 maakte hij tevens deel uit van de redactie van ''De Dageraad'', het maandblad van de vereniging, waarin hij publiceerde over de discussie met de socialist [[Ferdinand Domela Nieuwenhuis]] over de zogenaamde eedskwestie. Het was gebruikelijk bij het aanvaarden van een politieke functie om een eed af te leggen waarin werd verwezen naar god.
 
In 1881 ging Gerritsen de politiek in. Hij werd in 1881 in de gemeenteraad gekozen. Zijn intrede in de politiek ging niet zonder slag of stoot. Al in het begin van zijn tijd als raadslid viel hij op doordat hij weigerde de eed af te leggen. Hij wilde volstaan met een belofte (zonder verwijzing naar god). Tijdens het jaarlijkse congres van [[de Internationale Federatie van Vrijdenkersvereenigingen]] te Parijs in 1881 verdedigde hij Charles Bradlaugh in naam van zijn vrijdenkersvereniging De Dageraad. Bradlaugh weigerde als nieuw lid van het Engelse parlement de eed af te leggen op grond van de verstrengeling van kerk en staat. Gerritsen ontkwam er zelf ook niet aan toen hij zelf beëdigd werd. Daarnaast was Gerritsen een nieuwkomer die met zijn komst de Amersfoortse gemeenteraad opschrikte met zijn kritische houding jegens de gevestigde bestuurselite. Hij wilde bijvoorbeeld openbaarheid van bestuur. Hij vond dat raadsverslagen in de krant opgenomen zouden moeten worden en dat de raadsvergaderingen in de avond plaats zouden moeten vinden zodat ook burgers deze bij zouden kunnen wonen. Bovendien twijfelde hij zeer aan de competenties van mederaadsleden en burgemeester en wethouders, waarvan de wethouders volgens hem ook nog eens te veel vergoeding voor hun functie kregen. Ook zouden wethouders te gemakkelijk herbenoemd worden. Door zijn kritische opstelling werden een burgemeester en een wethouder tot aftreden gedwongen. Zo kwam hij bekend te staan als een ''enfant terrible''.