Pied-noir: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Dexbot (overleg | bijdragen)
k Bot: Removing Link GA template
minus dubbel +colons
Regel 1:
[[Bestand:NOTRE DAME D'AFRIQUE.ALGER.jpg|thumb|260px|[[Notre Dame d'Afrique]], een kerk gebouwd door de Franse ''Pieds-Noirs'' in [[Algiers]]]]
'''Pied-noir''' (vert. uit [[Frans]]: '''zwartvoet'''), meervoud ''pieds-noirs'', is een term die werd gebruikt om de kolonisten (''colons'') in [[Algerije]] aan te duiden tot het einde van de [[Frans-Algerijnse oorlog]] in [[1962]].
 
De zwartvoeten waren Franse nationalisten, [[Sefardische Joden]] en [[Kolonie (staatkundig)|kolonisten]] uit andere Europese landen zoals Spanje, Italië en Malta, die geboren werden in Algerije. Vanaf de Franse invasie in 1830 tot de dag van de Algerijnse [[onafhankelijkheid (staatkunde)|onafhankelijkheid]] in 1962 vormde Algerije, in tegenstelling tot andere kolonies, drie [[Departementen van Frankrijk|departementen]] die deel uitmaakten van Frankrijk. Bij de onafhankelijkheid waren er rond de 1 miljoen pieds-noirs, ongeveer 10% van de bevolking. Ze waren in het bezit van het meeste en beste land. De Algerijnen, in de volksmond aangeduid als 'moslims' of 'inheemsen', waren uitgesloten van stemrecht. Ze konden weliswaar de Franse nationaliteit verkrijgen, maar dit hield in dat ze hun religie moesten afzweren. Dit gebeurde dan ook vrijwel niet.
 
Hoewel de meeste pieds-noirs een Franse achtergrond hadden, moedigde de Franse regering kolonisatie actief aan, en wierf ook kolonisten in andere Mediterrane landen, zoals Spanje, Italië en Malta. Sefardische Joden kregen krachtens een decreet van de Franse minister [[Cremieux]] eveneens de Franse nationaliteit en gingen vanaf toen eveneens tot de pieds-noirs behoren. Zij werden tijdens het [[Vichy-Frankrijk|Vichy-bewind]] gediscrimineerd, maar niet gedeporteerd. Sommige historici schrijven dit echter enkel toe aan het feit dat de Asmogendheden de Middellandse Zee niet volledig beheersten. Na de bevrijding in 1942 werden zij in hun rechten hersteld. De pieds-noirs bestreken een wijd sociaal scala, van kleine boertjes tot grootgrondbezitters (grand-colons).
 
Pieds-noirs raakten na verloop van tijd geïsoleerd. Enerzijds waren ze vervreemd van de lokale bevolking, die grotendeels langs hen heen leefde. Anderzijds hadden ze ook weinig op met Frankrijk, waar veel van hen nooit voet hadden gezet.
Regel 14:
De meeste pieds-noirs vertrokken naar Frankrijk, en gingen in het zuiden wonen waar het klimaat min of meer hetzelfde was. Anderen kozen voor Nieuw-Caledonië, Italië, Spanje, Australië of Amerika. Veel Sefardische Joden kozen voor Israël.
 
De Franse regering bleek de instroom van vluchtelingen te hebben onderschat. Hoewel er fondsen beschikbaar waren voor hun integratie en schadeloosstelling, waren die niet toereikend. Terwijl de grootgrondbezitters vaak voldoende vermogen hadden om de overstap soepel te maken, gold dat niet voor de middenklasse. Zij moesten in Frankrijk helemaal opnieuw beginnen, en werk beneden hun niveau accepteren. Bovendien werden ze door veel Fransen met de nek aangekeken. Enerzijds zagen veel linkse bewegingen hen als de oorzaak voor de lange pijnlijke [[Algerijnse Oorlog]]. Een veel voorkomend vooroordeel luidde dat pieds-noirs allemaal grootgrondbezitters en uitbuiters waren, die een lesje in nederigheid hadden verdiend. Anderzijds moesten ze met de lokale bevolking concurreren om banen, wat eveneens antipathie opleverde. Daarbij voelden ze zich verraden door de regering die ze zelf mede in het zadel hadden geholpen. De meeste pieds-noirs en hun afstammelingen wonen heden ten dage in het zuiden van Frankrijk.
 
[[Categorie:Geschiedenis van Frankrijk]]