Léonard Defrance: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Robbot (overleg | bijdragen)
k Robotgeholpen doorverwijzing: Toulouse - Koppeling(en) gewijzigd naar Toulouse (stad)
Regel 16:
 
==Levensbeschrijving==
Léonard Defrance kwam uit een groot gezin met elf kinderen. Nadat hij door zijn ouders aanvankelijk in de leer bij een goudsmid was gedaan, mocht hij door zijn uitzonderlijke tekentalent bij de schilder [[Jean-Baptiste Coclers]] in de leer gaan, waar hij van zijn tiende tot zijn zestiende levensjaar bleef. In 1753 reisde hij naar [[Rome (stad)|Rome]], waar hij enkele jaren verbleef en er onder andere bevriend was met de Luikse geoloog Robert de Limbourg, die als één der eersten de bodemschatten van het [[Prinsbisdom Luik]] had bestudeerd. In 1759 verliet Defrance Rome en via [[Napels (stad)|Napels]], [[Florence (stad)|Florence]] kwam hij in [[Montpellier]] aan, waar hij enkele jaren als portretschilder werkzaam was. Via [[Toulouse (stad)|Toulouse]] en [[Parijs]] keerde hij in 1764 terug naar het prinsbisdom Luik.
 
Met Nicolas de Fassin was hij in 1775 medeoprichter van de ''Académie des beaux-arts'', waar hij vanaf 1778 tekenlessen verzorgde. Defrance was zeer geïnteresseerd in de politieke ontwikkelingen in het Luikse prinsbisdom en raakte door zijn vriendschap met J.-N. Bassenge en P.-J. Henkart betrokken bij de [[Luikse Revolutie]] van 1789. Na het mislukken van de revolutie in 1791 vluchtte Defrance met vele andere Luikenaren naar Parijs. In juli 1794 veroverden Franse troepen Luik, waarna Defrance terugkeerde naar zijn vaderstad. Luikse revolutionairen, waaronder Léonard Defrance, besloten daarop de [[Sint-Lambertuskathedraal (Luik)|Sint-Lambertuskathedraal]], symbool van het oude prinsbisdom en de gehate geestelijkheid, af te breken. In 1798 werd Defrance door de Franse machthebbers aangesteld als directeur van de ''École Centrale'', de opvolgster van de Académie.