Periode van Lente en Herfst: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
k 时代
redactie
Regel 27:
Ook de relaties tussen de heersende families droegen bij aan het ontstaan van oorlogen. Zoons en dochters werden uitgehuwelijkt in andere staten en dit schiep wederzijdse belangen bij de erfopvolging. Heersers hadden meerdere zonen bij hun eigen vrouw en diverse [[concubine]]s. Indien die zonen niet tevreden waren met hun erfdeel konden zij elkaar bevechten of overlopen naar andere staten. In de ''Zuozhuan'' komen dergelijke conflicten duidelijk naar voren.
 
Ondanks de politieke en militaire strubbelingen bestond er ook een verbondenheid tussen de staten. Sinds de [[Xia-dynastie|Xia-]] en [[Shang-dynastie]] voelden de staten rond de [[Gele Rivier]] een bepaalde eenheid. Zij verwezen naar zichzelf als 'de Centrale Staten' (''[[zhongguo]]'') of 'Alle onder de Hemel' (''[[tianxia]]''). Hoewel bij de oorlogen die de staten voerden geen enkele wreedheid werd geschuwd, golden er ook onderlinge erecodes. Zo gaven legers elkaar de tijd om positie in te nemen en werd een verslagen adellijke familie nooit in zijnhaar geheel uitgeroeid. De bewoners van de staten in de Zou-sfeer noemden zichzelf 'mensen van de staat' (''guo ren''), [[Huaxia]], wat kan worden beschouwd als een voorloper van een term voor 'etnisch Chinees'. Zij beschouwden zich als de ware cultuurdragers van de Zhou-staten vooral tegenover buitenstaanders met afwijkende of eenvoudige culturen (zoals de barbaarse stammen [[Yi (volk)|Yi]], [[Man (stam)|Man]], [[Di (stam)|Di]] en [[Rong (stam)|Rong]]). Deze stammen die ook de gebieden van de Zhou-staten bewoonden, werden ‘mensen van het land’ (''ye ren'') genoemd, om de tegenstelling aan te duiden tot de Huaxia die veelal in de steden leefden. De barbaarse stammen werden geleidelijk geïntegreerd in de Zhou-staten.
== De vroege Periode van Lente en Herfst ==
Regel 44:
De voordien onbetekenende staat [[Wu (staat)|Wu]] was vanaf 584 v.Chr. begonnen met het uitbreiden van zijn militaire macht onder opperbevel van de legendarisch [[Sun Tzu]]. In 506 v.Chr. begon Wu hiermee een offensief tegen de staat Chu dat uit vijf succesvolle aanvallen bestond. De hoofdstad van Chu, [[Yingdu]], werd ingenomen, waarbij de koning gedwongen was te vluchten. Alleen door tussenkomst van Qin kon Chu worden gered, waarna Wu zelf met aanvallen te maken kreeg van zijn buurstaat [[Yue (staat)|Yue]], waarbij de prins [[He Lü]] van Wu sneuvelde.
 
De zoon van He Lü, prins [[Fu Chai]] zocht naar wraak en versloeg en onderworponderwierp Yue, maar overspeelde uiteindelijk zijn hand wat tot de ondergang van Wu leidde. Prins [[Goujian]] van Yue trok vervolgens naar het noorden om ook aan een conferentie te Huangchi (het huidige [[Fengqiu]] in Henan) met de andere prinsen deel te nemen. Zowel Fu Chai als Goujian hadden als inzet Jin de hegemonie te ontnemen. Uitkomst was dat de relatie tussen de zuidelijke en noordelijke staten werd genormaliseerd.
 
In [[403 v.Chr.]] valt de sterke staat [[Jin (staat)|Jin]] uiteen in [[Wei (staat)|Wei]], [[Zhao (staat)|Zhao]] en [[Han (staat)|Han]]. Dit wordt meestal gezien als het begin van de [[Periode van de Strijdende Staten]]. Gedurende de Periode van Lente en Herfst was het aantal staatjes waaruit China bestond door veroveringen afgenomen van grofweg 1800 tot 100, waarvan er nog maar enkele politiek relevant waren. Chu was van een semi-barbaarse staat geleidelijk een volwaardig lid geworden van de 'Centrale Staten'. De Chinese invloedssfeer had zich hiermee ook uitgebreid tot het gebied rond de [[Blauwe Rivier]].
Regel 62:
Het fundament voor de intellectuele ontwikkeling van China werd in de Periode van Lente en Herfst gelegd. De zwakke politieke macht van de Zhou-dynastie zette tot denken aan over datgene wat een volk nog meer kan verbinden. Ook trachtte men te ontsnappen aan de dagelijkse wreedheden van de oorlog in een hoger geestelijk leven. Door de sociale veranderingen werd cultuur en literatuur niet meer uitsluitend door de adel genoten. Intellectuelen wisten een voorname positie in de samenleving in te nemen en door het formuleren van idealen richting te geven.
 
In de late periode zette [[Confucius]] een nieuwe trend in door privaat onderwijs aan brede groepen mensen aan te bieden. Het naar hem genoemde [[confucianisme]] en het [[mohisme]], waarvan [[Mo Zi]] de grondlegger was, werden in de vijfde eeuw v.Chr. twee belangrijke [[idealisme|idealistische]] geestesstromingen. Hoewel zij overeenkomsten hadden, bijvoorbeeld in hun opvatting dat mensen worden gevormd door hun omgeving en cultuur, was het mohisme radicaler in opvatting over liefde en in kritiek op het overerven van bestuursfuncties binnen de adelstand. Het streven van het confucianisme en het mohisme om van mensen deugdzamere wezens te maken, stond op gespannen voet met het uitgangspunt van het [[taoïsme]] dat de natuur zijnhaar eigen weg (''Dao'') moetmoest gaan. Van die stroming was [[Lao Zi]] de belangrijkste vertegenwoordiger.
 
== Literatuur ==