Neoromaanse architectuur: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Fnorp (overleg | bijdragen)
k Titel van Neo-romaans gewijzigd in Neoromaans: Zonder -, conform o.a. neogotiek
Fnorp (overleg | bijdragen)
kGeen bewerkingssamenvatting
Regel 1:
De term '''neo-romaansneoromaans''' wordt gebruikt voor een aantal door de [[romaanse stijl]] geïnspireerde bouwstijlen die vooral bij de bouw van [[kerk]]en zijn toegepast. Een variant van het neo-romaansneoromaans is de [[neo-romanogotiekneoromanogotiek]].
 
Begin 19e eeuw ontstond opnieuw belangstelling voor bouwstijlen uit de middeleeuwen, met name de [[gotiek]] maar in mindere mate ook het romaans. De invloed van het romaans uitte zich allereerst in het verwerken van romaanse stijlkenmerken bij verder [[neoclassicisme|neoclassicistische]] gebouwen. Met name het gebruik van romaans aandoende voorgevels kwam veel voor. Omdat er geen sprake was van nabootsing van de romaanse bouwwijze wordt deze stijl meestal tot het [[eclecticisme]] gerekend. In deze stijl verrezen ook veel niet-kerkelijke gebouwen. Pas nadat de neo-gotiek tot volle bloei was gekomen ontwikkelde zich ook een echte neo-romaanseneoromaanse stijl waarin werd teruggegrepen op de romaanse bouwstijl, en dan vooral de rijkelijk versierde late varianten daarvan, en die vooral werd gebruikt voor kerken.
 
Vooral in Duitsland, en met name in Pruisen, was deze neo-romaanse stijl van groot belang. Hier werd de romaanse stijl, overigens ten onrechte, als echt Duits beschouwd, in tegenstelling tot de van oorsprong Franse [[gotiek]]. Het neo-romaans kreeg hierdoor mede een nationalistisch karakter, dat zich vooral uitte in de bouw van protestantse kerken als de [[Kaiser-Wilhelm-Gedächtniskirche]] in Berlijn. Hierbij werd sterk gerefereerd aan de laat-romaanse kerken van het [[Rijnland (Duitsland)|Rijnland]].
 
Ook in Nederland was het neo-romaans vooral gebaseerd op de late varianten van de romaanse stijl. Al in de tweede helft van de 19e eeuw kwamen enkele katholieke neo-romaanseneoromaanse kerken tot stand, waaronder de indrukwekkende, vaak als neo-romanogotischneoromanogotisch aangeduide, koepelkerken van [[Carl Weber]]. Dergelijke neo-romaanse kerken vormden echter uitzonderingen temidden van de dominante neo-gotiek. De stijl kwam pas tot een echte bloei na de eeuwwisseling, toen architecten als [[Jos Cuypers]] en [[Jan Stuyt]] zich steeds meer van de neo-gotiekneogotiek afkeerden en romaanse invloeden in hun ontwerpen gingen verwerken, een voorbeeld dat ook onder enkele architecten van de neo-gotiekneogotiek, als [[Caspar Franssen]], enige navolging vond. Met name in de provincie Limburg was het neo-romaansneoromaans als overgangsstijl van groot belang.
 
In tegenstelling tot in Nederland was in België de neo-gotiekneogotiek nooit zo dominant dat gebruik van andere stijlen bij de kerkenbouw vrijwel was uitgesloten. Vanaf ongeveer 1870 werden enkele belangrijke neo-romaanseneoromaanse kerken gebouwd, o.a. te [[Spa (België)|Spa]] en [[Rochefort]], in een laat-romaans aandoende stijl.
 
[[Categorie:Bouwstijl]]