Heerlijkheid Schaumburg: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 9:
Sinds 1547 was Schaumburg de zetel van een afzonderlijke tak Leiningen-Westerburg-Schaumburg. De graven verkochten in 1656 de burcht en de heerlijkhheid aan de weduwe van graaf [[Peter Melander]] van [[rijksgraafschap Holzappel|Holzappel]].
 
Door het huwelijk van dochter Elizabeth Charlotte van Holzappel met [[Adolf van Nassau-Dillenburg]] kwamen het graafschap Holzappel en de heerlijkheid Schaumburg in het bezit van een zijtak van [[Nassau-Dillenburg]] tot 1676/1707. Vervolgens kwamen ze aan een zijtak van Anhalt-Bernburg: Anhalt-Bernburg-Schaumburg.
 
In de [[Rijnbondakte]] van 12 juli 1806 worden in artikel 24 het graafschap Holzappel en de heerlijkheid Schaumburg onder de gezamenlijke soevereiniteit van de hertog van [[Nassau-Usingen]] en de vorst van [[Nassau-Weilburg]] geplaatst: de [[mediatisering]].