Angelica (plant): verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Hans B. (overleg | bijdragen)
Regel 97:
 
===Medisch gebruik===
{{Disclaimer medisch lemma klein}}
 
''Angelica sylvestris'' bevat alfa-phellandreen, [[ombelliferone]], een [[lactone]] van het pentadecanol-15 zuur. De vette olie uit de zaadjes bevat methyl-2-butaanzuur.
 
Regel 108:
De furocumarinen kunnen de menselijke huid overgevoelig voor licht maken en bij inwerking van zonlicht kunnen ze huideczemen veroorzaken. Het sap veroorzaakt irritaties van huid en slijmvliezen. De [[furanocumarine]]n die fotodermatosen veroorzaken, zijn echter weinig in water oplosbaar, en daarom is het inwendig gebruik van het kruid zonder risico.
 
In de volksgeneeskunst wordt engelwortel gebruikt bij slechte [[spijsvertering]] met onvoldoende [[maagsap]]secretie, bij chronische maag-, darm- en galstoornissen, bij winderigheid, als spasmolyticum bij maagzweer en twaalfvingerige darm, alsook bij maag- en darmontsteking. Het vers blad maar vooral de wortel wordt gebruikt als windverdrijvend middel ([[phellandreen]]), als water- en urineafdrijfmiddel, bij lichamelijke zwakte, bij ongesteldheid, ter behandeling van reumatische pijnen,
 
===Varia===