Geschiedenis van de westerse filosofie: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
AGL (overleg | bijdragen)
Geen bewerkingssamenvatting
Robbot (overleg | bijdragen)
k Robotgeholpen doorverwijzing: Waarneming - Koppeling(en) gewijzigd naar waarneming (perceptie)
Regel 14:
 
[[Bestand:Aristoteles Louvre.jpg|thumb|Romeinse kopie van een Grieks beeld van [[Aristoteles]]]]
Met de bloeitijd van de klassieke filosofie wordt de periode van de [[5e eeuw v.Chr.|vijfde eeuw]] tot de [[3e eeuw v.Chr.|derde eeuw]] voor Christus aangeduid. De filosofen die op de ontwikkeling van de westerse filosofie de meeste blijvende invloed hebben uitgeoefend zijn ongetwijfeld [[Socrates (filosoof)|Socrates]], [[Plato]] en [[Aristoteles]]. Socrates heeft zelf geen enkel geschrift nagelaten, maar zijn leerling Plato laat Socrates veelvuldig optreden als persoon in zijn [[Socratische dialoog|dialogen]]. Belangrijk bij Socrates was zijn methode van [[maieutiek]], een methode van vragen stellen waarbij de gesprekspartner wordt gedwongen zich open te stellen voor een bepaalde kritische redenering.<ref>[http://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Socrates&oldid=2436240 Socrates]</ref> Aan Plato wordt veelal een [[dualisme]] toegeschreven, aangezien hij onderscheid maakt tussen de [[waarneming (perceptie)|waarneembare]] wereld en [[idee]]ën, zoals Rechtvaardigheid.<ref name="seneca"/> Aristoteles maakt onderscheid tussen vorm en materie, waarbij hij de theorieën van [[Thales van Milete]] en [[Heraclitus]] in een nieuw daglicht stelt.<ref name="seneca"/>
 
De Romeinse filosofen komen eigenlijk pas op in de nabloei van de klassieke filosofie van de [[3e eeuw v.Chr.|derde eeuw]] tot de [[1e eeuw v.Chr.|eerste eeuw]] voor Christus. De bekendste Romeinse filosofen zijn [[Marcus Tullius Cicero|Cicero]] en [[Lucius Annaeus Seneca|Seneca]]. Cicero vormt het begin van een filosofische traditie bij de Romeinen. Hij vertaalde filosofische teksten vanuit het [[Grieks]] in het [[Latijn]]. Hij kan worden gezien als een [[eclecticisme|eclectisch]] filosoof zonder een echt eigen systeem.<ref name="cicero">E. Jans et al., ''Cicero philosophicus: Gedachten over goden en geluk'', 1999, ISBN 90-74252-88-5</ref> Voor de latere filosoof Seneca staat een kracht die het heelal ordent centraal. Hij noemde deze kracht de rede (''ratio''), de voorzienigheid (''providentia''), het noodlot (''fatum''), de godheid (''deus'') of de natuur (''natura'').<ref name="seneca"/> Zowel Cicero als Seneca borduurden direct voort op de Griekse filosofie, waarbij zij een voorkeur hadden voor de filosofie van de [[Stoa]].<ref name="seneca"/><ref name="cicero"/>