Karl Johann Philipp von Cobenzl: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Joopwikibot (overleg | bijdragen)
k →‎Externe links: Terugbrengen bronsjabloonvarianten
AGL (overleg | bijdragen)
links
Regel 3:
== Levensloop ==
=== Opleiding en carrièrestart ===
KarlkKarl Johann Philipp von Cobenzl was de oudste zoon van graaf Johann Caspar von Cobenzl (1664-1742), de keizerlijk raadsheer, en zijn tweede vrouw Carolina Sophia von Rindsmaul (1682-1756) en behoorde als dusdanig tot de hoge [[Oostenrijk]]seOostenrijkse [[adel]].
 
Hij studeerde te [[Leiden]] en [[Würzburg (stad)|Würzburg]] en werd in 1730 [[kamerheer]] van keizer [[Karel VI van het Heilige Roomsekeizer Rijk|Karel VI]]. In 1735 werd Von Cobenzl in opvolging van zijn vader eveneens keizerlijk raadsheer en vanaf 1738 kreeg hij van de keizer de opdracht om de grensgeschillen tussen [[Opper-Lotharingen]] en [[Neder-Lotharingen]] op te lossen.
 
Onder keizerin [[Maria Theresia van Oostenrijk (1717-1780)|Maria Theresia]] bleef Von Cobenzl als keizerlijke gezant door het keizerrijk reizen om allerhande conflicten te helpen oplossen en om coalities die tegen Maria Theresia waren ontstaan te doen mislukken.
 
=== Als gevolmachtigd minister te Brussel ===
Op 19 mei 1753 werd Von Cobenzl door de keizerin benoemd tot [[gevolmachtigd minister]] van de [[Oostenrijkse Nederlanden]] als opvolger van [[Antoniotto Botta Adorno]] die benoemd was tot [[eerste minister]] van het [[Groothertogdomgroothertogdom Toscane]]. Als gevolmachtigd minister kreeg Von Cobenzl de leiding in handen van de administratie en het bestuur onder landvoogd [[Karel van Lotharingen (1712-1780)|Karel van Lotharingen]], een schoonbroer van de keizerin.
 
Von Cobenzl, die in de persoon van [[Wenzel Anton von Kaunitz]], [[Kanselier (historisch)|kanselier]] van het [[Heilige Roomse Rijk]], een hoge beschermheer had, slaagde erin om de functie van landvoogd aan banden te leggen. Hij kwam regelmatig in botsing met Karel van Lotharingen die zich niet goedschiks neerlegde bij zijn decoratieve functie waarbij hij zich enkel mocht bezigen met [[kunst]] en [[cultuur]]. Von Cobenzl bleef echter de steun genieten van [[Wenen]]. In 1757 werd de Hoge Raad van de Nederlanden te Wenen afgeschaft en vervangen door de diensten van kanselier Von Kaunitz zodat Von Cobenzl nog meer vrij spel kreeg om grootschalige hervormingen door te voeren.
Regel 20:
Ook op [[cultuur|cultureel]] vlak was Von Cobenzl zeer actief. Hij liet in 1755 de ''Bibliotheek van de hertogen van Bourgondië'' (de latere [[Koninklijke Bibliotheek van België|Koninklijke Bibliotheek]]) restaureren en uitbreiden en stichtte in 1769 de ''Société Littéraire'' waarvan hij de zorg overliet aan [[Johann Daniel Schöpflin]], professor geschiedenis aan de [[Universiteit van Straatsburg]]. Enkele jaren later, in 1772, stond deze vereniging aan de wieg van de [[Académie royale des sciences, des lettres et des beaux-arts de Belgique|Académie royale de Belgique]]. Von Cobenzl bevorderde als [[mecenas]] het artistieke leven in Brussel en steunde de plaatselijke [[kunstschilder]]s, [[beeldhouwer]]s en [[graveur]]s. Door zijn verkwistende levensstijl zat Von Cobenzl regelmatig met een zware schuldenberg.
 
Von Cobenzl bleef gevolmachtigd minister tot aan zijn dood in 1770. De periode van Von Cobenzl was zeer lang en vruchtbaar geweest en keizerin Maria Theresia was hem hier heel erkentelijk voor. In 1759 werd hij tot ridder van de [[Orde van het Gulden Vlies]] geslagen en hij kreeg het Grootkruis in de [[Orde van de Heilige Stefanus]] die in 1764 door de keizerin opgericht was. Tot tweemaal toe betaalde de keizerin de schulden af die Von Cobenzl door zijn verkwistend leven had gemaakt. Bij zijn dood diende zijn weduwe dan ook al zijn bezittingen te verkopen om zijn schulden te kunnen afbetalen. De omvangrijke [[kunstverzameling]] van Cobenzl, waaronder werk van [[Peter Paul Rubens]] en [[Jacob Jordaens]], werd verworven door de [[Hermitage (Sint-Petersburg)|Hermitage]] in [[Sint-Petersburg]].
 
Von Cobenzl werd als gevolmachtigd minister opgevolgd door [[Georg Adam von Starhemberg]].