Victor Klemperer: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Kleuske (overleg | bijdragen)
→‎Jeugd en carrière: Abitur geeft nog steeds toegang tot een universitaire studie.
Mar(c) (overleg | bijdragen)
2x +hij (voor mijn gevoel kan "hij" in deze gevallen niet weggelaten worden; iets met actieve en passieve werkwoordsgroepen?)
Regel 5:
Klemperer, een neef van de [[dirigent]] en [[componist]] [[Otto Klemperer]], was het achtste kind van dr. Wilhelm Klemperer die eerst in [[Gorzów Wielkopolski (stad)|Landsberg]] en later in [[Berlijn]] [[rabbijn]] van een [[Liberaal jodendom|liberaal-joodse]] gemeente was. Nadat hij zijn opleiding aan het ''Französisches Gymnasium'' in Berlijn op aandrang van zijn ouders afbrak om een carrière in de handel te beginnen, behaalde hij in [[1902]] zijn ''Abitur'', het Duitse [[staatsexamen]] dat toegang geeft tot een universiteit en studeerde [[Filosofie]], [[Romaanse talen|Romanistiek]] en [[Germanistiek]] in [[München]], [[Genève (stad)|Genève]], [[Parijs]] en Berlijn.
 
Op [[16 mei]] [[1906]] trouwde Klemperer met Eva Schlemmer. Hij leefde tot [[1912]] als vrije [[auteur|publicist]] in Berlijn en bekeerde zich dan tot het [[protestantisme]]. Hij studeerde af in [[1912]] en ontving in [[1914]] zijn bul. Van [[1914]] tot het voorjaar van [[1915]] doceerde hij als ''lector'' aan de [[Universiteit van Napels Federico II|Universiteit van Napels]] en meldde zich dan als [[Eerste Wereldoorlog|vrijwilliger]] in het Duitse leger waar hij tot [[1916]] dienst deed als [[Artillerie|Artillerist]] aan het [[Westfront (Eerste Wereldoorlog)|westfront]]. Later werd hij overgeplaatst naar de militaire [[censuur (informatie)|censuur]] en censureerde hij boeken in [[Leipzig]] en [[Kaunas]].
 
In [[1920]] kreeg hij een aanstelling als [[professor]] in de Romanistiek aan de ''Technische Hochschule'' in [[Dresden]].
 
== De nazi's aan de macht ==
In [[1935]] werd hij ontslagen op grond van het ''Gesetz zur Wiederherstellung des Berufsbeamtentums'', een van de [[Rassenwetten van Neurenberg]], en richtte hij zich in eerste instantie op het schrijven van ''"Geschichte der französischen Literatur im 18. Jahrhundert“'', dat in twee banden in [[1954]] en [[1960]] verscheen. Toen [[joden]] ook de toegang tot [[Bibliotheek (algemeen)|bibliotheken]] en [[abonnement]]en op [[krant]]en en [[tijdschrift]]en werd verboden, richtte hij zich toenemend op zijn [[Dagboek (persoonlijk)|dagboek]] en begon in [[1938]] aan zijn ''[[Hagiografie|Vita]]''. De (losse) pagina's van het dagboek werden regelmatig door zijn vrouw bij een vriendin afgeleverd, die ze vervolgens verstopte, want de [[Gestapo]] kon ieder ogenblik een inval doen.
 
In zijn dagboek beschreef Klemperer de toenemende druk vanaf 1933. Naast de maatregelen van de nazipartij moest hij zich ook verweren tegen de voortdurende pesterijen van de gemeente, waarvan het bestuur inmiddels genazificeerd is. Zo werden hem voortdurend nieuwe heffingen opgelegd en werd hij gedwongen om zijn tuin tegen hoge kosten op te knappen omdat die "ontsierend" zou zijn. Ook moest hij om een onbeduidend vergrijp waar een ander een boete voor zou hebben gekregen acht dagen de gevangenis in. Hij beschreef hoe men hem tegemoet trad: sommige ambtenaren schaamden zichervoorzich ervoor dat ze een medeburger zo het vel over de oren moesten halen, maar anderen gedroegen zich nors en onbeschoft en stonden duidelijk al onder de invloed van de nazi-leer.
 
Klemperer en zijn vrouw overleefden de oorlog ternauwernood. In [[1940]] werden ze uit hun huis gezet en betrokken ze een woning in een zogenaamd ''Judenhaus'': een woning uit joods bezit met uitsluitend joodse bewoners in [[Dresden]]. Er volgde later nog een gedwongen verhuizing. In [[1945]] werd [[Bombardement op Dresden|Dresden gebombardeerd]]. Klemperer schrijft in zijn dagboek: ''"Op de avond van deze dertiende februari brak de catastrofe in Dresden los: bommen vielen, huizen stortten in, het [[fosfor]] stroomde en brandende balken stortten op Arische en niet-arische hoofden en dezelfde [[vuurstorm]] sleurde [[Joden|Jood]] en [[Christen]] de dood in. Voor wie van de ongeveer 70 '[[Jodenster|Sternträger]]' deze nacht overleefden betekende het de redding, want in de algemene chaos konden zij aan de [[Gestapo]] ontkomen."''
[[Bestand:Victor Klemperer 2.JPG|thumb|Grafsteen]]
Tijdens de [[Tweede Wereldoorlog|oorlogsjaren]] schreef hij op basis van zijn dagboek zijn ''[[LTI – Notizbuch eines Philologen|Lingua Tertii Imperii]]'', waarin hij, om geestelijk te kunnen overleven, de taal van het derde rijk, zoals die tot hem kwam in de vorm van vlugschriften, speeches en het taalgebruik van de mensen om hem heen, systematisch analyseerde.