Sociale mobiliteit: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 7:
 
Door de [[agrarische revolutie]] was een steeds kleiner deel van de bevolking nodig om voedsel te produceren. De [[industriële revolutie]] bracht daarna een [[verstedelijking]] op gang waarmee de traditionele sociale verbanden van familie en de dorpsgemeenschappen in belang afnamen. Met de komst van de [[industriële maatschappij]] met zijn [[markteconomie]] werden capaciteiten en prestaties (''achievement'') steeds belangrijker en verschoof men meer richting de [[meritocratie]], hoewel niet in de mate die hervormingsdenker [[Claude Henri de Saint-Simon|Saint-Simon]] (1760-1825) voor ogen stond.
 
Het langzaam verdwijnen van de standen betekende niet het einde van sociale ongelijkheid. De basis veranderde richting wat [[Karl Marx|Marx]] (1818-1883) de [[productieverhoudingen]] noemde. De maatschappij werd nu verdeeld in [[Sociale klasse|klassen]] op basis van het wel of niet de beschikking hebben over [[Productiefactor|productiemiddelen]].
 
[[Max Weber (socioloog)|Weber]] (1864-1920) had een gedifferentieerder beeld en deelde de maatschappij op in groepen met behulp van drie elementen: klasse, [[Sociale status|status]] en [[Macht (politiek)|macht]]. Hierbij wordt de klasse bepaald door de economische relatie ten opzichte van de markt, zoals eigenaar, huurder of werknemer. Status heeft te maken met niet-economische eigenschappen, zoals opleiding en prestige. Macht is gebaseerd op politieke invloed die uitgeoefend wordt via [[Politieke partij|partijen]].
 
== Politieke invloed ==