Quantitative structure-activity relationship: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
kGeen bewerkingssamenvatting
Regel 6:
 
==Werkwijze==
Men kiest een handelbare verzameling moleculen waarvan men experimenteel, in het lab, de gewenste eigenschap bepaalt, uitgedrukt als een getal (dat kan de biologische activiteit zijn als men op zoek is naar een nieuw medicijn, maar bijvoorbeeld ook de [[brekingsindex]] als men nieuwe kunststoffen wil ontwikkelen voor brillenglazen). Wanneer de gewenste eigenschappen al bekend en getabuleerdgetabelleerd zijn voor een redelijk grote verzameling verbindingen, kan men die natuurlijk ook gebruiken. Vervolgens berekent men voor ieder van die moleculen een verzameling kwantitatieve eigenschappen ([[descriptor]]en) en probeert men die met een [[regressie-analyse]] te [[correlatie|correleren]] aan de gewenste eigenschap. Descriptoren kunnen in theorie iedere berekenbare (of al gemeten) eigenschap van een molecuul zijn - van een eenvoudige descriptor als het aantal atomen in het molecuul tot een gecompliceerde (en computationeel dure!) als het [[HOMO/LUMO]]-gat.
 
Uiteindelijk bepaalt men een klein aantal descriptoren die het sterkst gecorreleerd zijn met de gewenste eigenschap en onderling niet te sterk gecorreleerd zijn (want dat geeft dubbele en dus overbodige informatie) en stelt men de QSAR op, die de gewenste eigenschap geeft als functie van die paar descriptoren.