Wereldkampioenschap rally in 1990: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
MrBlueBot (overleg | bijdragen)
Japiobot (overleg | bijdragen)
link van dp naar juiste pagina, replaced: SubaruSubaru (2) met AWB
Regel 15:
 
1990 zag de tweestrijd tussen [[Lancia]] en [[Toyota]] groter worden. Toyota nam wel afscheid van [[Juha Kankkunen]], die niet overweg kon met de onbetrouwbaarheid van de Celica, en tekende wederom bij Lancia, waar hij voorheen al een titel mee won. Met regerend wereldkampioen [[Miki Biasion]] en [[Didier Auriol]], beschikte het Italiaanse team duidelijk over de sterkste line-up. Toyota had voor dit seizoen volledig vertrouwen gegeven in de diensten van [[Carlos Sainz]], terwijl [[Mikael Ericsson]] vooral voor de ervaring werd aangetrokken. Sainz kende - in tegenstelling met het seizoen daarvoor - een consistent seizoen, waar hij tijdens de Griekse [[Rally van Griekenland|Acropolis Rally]] naar zijn eerste - en langverwachte - overwinning greep.
De Spanjaard won verder dat jaar nog drie andere WK-Rally´s, waaronder de [[Rally van Finland]], waarmee hij de boeken in ging als de eerste niet-Scandinavische winnaar van het evenement. Met een podiumplaats, als derde, in de [[San Remo Rally]], stelde Sainz zijn eerste wereldtitel veilig. Generatiegenoot Auriol bewees zich ook, en werd met drie overwinningen tweede in het kampioenschap, waar Kankkunen op plaats drie eindigde. Titelhouder Biasion kende ondanks twee overwinningen in de eerste seizoenshelft, een minder gemakkelijk jaar en moest genoegen nemen met een vierde plaats. 1990 zag ook het team van [[Subaru (automerk)|Subaru]] - met de [[Subaru Legacy|Legacy RS]] - haar intrede maken in het kampioenschap. Met preparatie door [[Prodrive (bedrijf)|Prodrive]] brachten ze de ervaren [[Markku Alén]] naar het team, en boekte daarmee hun beste resultaat in Finland, eindigend als vierde. [[Mitsubishi Motors Corporation|Mitsubishi]] greep wederom naar podiumplaatsen, met rijders [[Ari Vatanen]] en zijn nieuwe teamgenoot [[Kenneth Eriksson]], maar de betrouwbaarheid van de [[Mitsubishi Galant|Galant]] bleek een zwaktepunt te zijn dat jaar. [[Mazda]] kwam halverwege het seizoen nog wel aanzetten met een nieuw model van de [[Mazda 323|323]], echter de terugval van het team was niet meer ontkoombaar. [[Volkswagen]] deed een laatste serieuze poging, nu met de [[Volkswagen Golf|Golf G60 Rallye]], maar dit kende ondanks een enkele podiumplaats - in [[Rally van Nieuw-Zeeland|Nieuw-Zeeland]] - geen succes. Het semi-fabrieksteam van [[Ford Motor Company|Ford]] introduceerde nog in afwachting van de [[Ford Escort|Escort Cosworth]], een vierwielaangedreven variant van de [[Ford Sierra|Sierra]].
 
Lancia greep, ondanks de tegenstand van Toyota, naar hun vierde wereldtitel bij de constructeurs op rij, en boekte daar toentertijd een record mee. Toyota werd voornamelijk door de resultaten van Sainz, slechts met zes punten achterstand, tweede in het kampioenschap, met Mitsubishi eindigend op plaats drie. Subaru kon met een vierde plaats tevreden terugkijken op hun debuutjaar in het kampioenschap. De titel in de productieklasse ging wederom naar Alain Oreille in een [[Renault]] [[Renault 5|5 GT Turbo]].
Regel 536:
|-
|valign="middle"| '''4'''
|align=left| {{JP-VLAG}} [[Subaru (automerk)|Subaru]]
|
|