Heer Bommel en de trullenhoedster: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting
Regel 1:
'''Heer Bommel en de trullenhoedster''' (in boekuitgaven/spraakgebruik verkort tot ''De trullenhoedster'') <ref> [[Van Dale]] trul: 'Mannelijk lid’</ref> is een verhaal uit de [[Bommelsaga]], geschreven en getekend door [[Marten Toonder]]. Het verhaal verscheen voor het eerst op [[6 september]] [[1966]] en liep tot [[5 december]] van dat jaar. <ref>Dit verhaal is in 1997 bewerkt tot [[De Trullenhoedster (musical)|musical]] en uitgevoerd door [[Opus One]].</ref> Thema: De mannen verdwijnen inuit [[Rommeldam]].
 
==Het verhaal==
Regel 9:
Op zekere dag ontwaart [[markies de Canteclaer]] een alleenstaande poort op de heide. Hij ziet een fraaie jongedame erdoor verdwijnen maar begrijpt niet wat er aan de hand is. Opgelaten doet hij zijn verhaal in de [[Kleine Club]] en wekt zo de nieuwsgierigheid van veel clubleden.
 
Terwijl [[Doddeltje]] en [[Tom Poes]] over Heer Ollie praten, komt de kasteelheer zelf langs. Hij vertelt het laatste nieuws uit de Kleine Club over een jongedame op de hei. <ref> Tom Poes heeft als commentaar: “Hm”</ref> Hierop gaat Tom Poes op onderzoek uit, liftend opachterop een vrachtwagen. Hij ziet een schaapherdershut, waar een jonge heks uitkomt, die hem binnen wil lokken met een koekje en limonade. Hij vertelt zijn verhaal aan Doddeltje. Zij ziet een brutale jonge meid tegen een poortje leunen, die haar onheus behandelt.
 
[[Heer Ollie]] is ook nieuwsgierig<ref> “Ben ik oud, Joost?”</ref>, maar [[Doddeltje]] is al wezen kijken en verbiedt hem er verder heen te gaan. Bovendien heeft hij al gauw wat anders aan zijn hoofd, want [[Joost (stripfiguur)|Joost]] verdwijnt plotseling na een avondverlof. Ook de markies ondergaat dat lot na een hernieuwd bezoek aan de poort. Heer Ollie ontmoet kort hierna toevallig Ivy, die een hondachtig diertje aan een lijn uitlaat. Het blijkt een trul te zijn. Het beest werpt de kasteelheer tegen de grond. De markies ziet het tafereel tijdens het knippen van zijn haag.<ref> Hij denkt aan: [[La Belle et la Bête]]</ref> Vervolgens brengt de trul Ivy in moeilijkheden. Hocus Pas verschijnt op het toneel en werpt haar mopperendruw op de grond onder medeneming van de trul in zijn koets. De markies schiet haar nu te hulp maar krijgt te horen dat de oude man haar voogd is. In een draagstoel bezoekt hij, gadegeslagen door Tom Poes, de poort, die is veranderd in een Oosters Kasteel en hij verdwijnt.
 
Op [[Bommelstein]] heeft Doddeltje Joost vervangen. Terwijl ze zit te breien komt Tom Poes zijn verhaal doen. Op zijn aandringen, gaat de kasteelheer aangifte doen bij commissaris [[Bulle Bas]] van de verdwijning van Joost en de markies. Omdat de opperdrager van de markies zijn warrige verhaal bevestigt, gaat de commissaris met agent Kloppers poolshoogte nemen op de hei. Zich opwindend over de antwoorden van Ivy gaat hij haar opschrijven.<ref> Bulle bas wil de belastingpenning van de trul zien. </ref> Op dat moment kijkt Ivy hem aan, nadat ze haar haar wat heeft weggeschoven. Bulle Bas wordt gedeeltelijk gered door een trul die hem van achter neerwerpt. Hij wordt door de burgemeester vervolgens wegens zijn onsamenhangend verslag over een meisje op de heide met buitengewoon verlof gestuurd. De burgemeester is anderdaags verdwenen na een bezoek aan de hei en een woordenwisseling met zijn vrouw. Heer Bommel krijgt van zijn buurvrouw een verbod om naar de heide te gaan. Professor [[Prlwytzkofsky]] legt uit aan Tom Poes dat het droezelkruid<ref> De professor bezigt immer een eigen spelling.</ref> gans nederdrachtig is geworden.
 
Op [[Bommelstein]] heeft Doddeltje Joost vervangen. Terwijl ze zit te breien komt Tom Poes zijn verhaal doen. Op zijn aandringen, gaat de kasteelheer aangifte doen bij commissaris [[Bulle Bas]] van de verdwijning van Joost en de markies. Omdat de opperdrager van de markies zijn warrige verhaal bevestigt, gaat de commissaris met agent Kloppers poolshoogte nemen op de hei. Zich opwindend over de antwoorden van Ivy gaat hij haar opschrijven.<ref> Bulle basBas wil de belastingpenning van de trul zien. </ref> Op dat moment kijkt Ivy hem aan, nadat ze haar haar wat heeft weggeschoven. Bulle Bas wordt gedeeltelijk gered door een trul die hem van achter neerwerpt. Hij wordt door de burgemeester vervolgens wegens zijn onsamenhangend verslag over een meisje op de heide met buitengewoon verlof gestuurd. De burgemeester is anderdaags verdwenen na een bezoek aan de hei en een woordenwisseling met zijn vrouw. Heer Bommel krijgt van zijn buurvrouw een verbod om naar de heide te gaan. Professor [[Prlwytzkofsky]] legt uit aan Tom Poes dat het droezelkruid<ref> De professor bezigt immer een eigen spelling.</ref> gans nederdrachtig is geworden.
 
Nog onbewust van de verdwijningen worden de leden van de Kleine Club<ref> Fungerend President is de heer O.Fanth Mzn</ref> door Hocus Pas en zijn aangenomen dochter uitgenodigd om kennis te komen maken in het restaurant De Gouden Karper. Na een waarschuwing van Doddeltje weet Tom Poes te voorkomen<ref> Kopspijkers op de weg, touw gespannen over het wandelpad.</ref> dat zijn vriend ook bij het feestje wordt toegelaten. Dat feest heeft een dergelijk succes dat alle belangrijke Rommeldammers de volgende dag persoonlijk op bezoek gaan bij de poort, waarna ook zij spoorloos verdwijnen. Tom Poes ziet het gebeuren. De professor klaagt intussen bij hem over het verdwijnende droezelkruid en de woekerende trulzwam. Alleen [[Dorknoper]] houdt het hoofd koel, dankzij een waarschuwing van Tom Poes, en reorganiseert het stadsbestuur zodanig dat hij en twee vrouwen de macht hebben. Dat worden zijn assistente Anna Netelblom en inspectrice Putter van de verkeersbrigade. Vanaf dat moment worden mannen niet meer toegelaten bij de poort.
Regel 22 ⟶ 21:
Tom Poes heeft een vreselijk vermoeden over wat er aan de hand is, maar dankzij botanisch les door professor [[Prlwytzkofsky]] ontdekt hij de waarde van droezelkruid, dat ineens niet meer op de heide groeit, en hij gaat dit in het Donkere Bomen Bos verzamelen. Op zijn pad komt hij bij het huisje van de heks terecht die hij helpt bij het verwerken van een grote oogst droeselkruid. Ze legt uit dat je met droeselkruid kunt herstellen wat geweest is. De aangeboden slaapgevende repelsoep gooit hij in haar gezicht en hij vertrekt met een grote zak droeselkruid richting Bommelstein.
 
Heer Bommel biedt inmiddels Ivy een boeket herfstbloemen aan. Die klaagt over een net ontsnapte trul en de nog ongetemde heren. “Jij, de professor en Tom Poes”. <ref> Ook Dorknoper ontbreekt. </ref> Intussen boog de professor zich over de ontsnapte trul. “Een canis of een sus scrofa”. Tom Poes voert wat droeselkruid aan de trul. De professor bestudeert de vormverandering met een loep. Hij ziet het lichtschuwe ‘keldertjesdier ploderen tot een Joost-bediende. Tom Poes was intussen met zijn kruidenzak al richting de achterkant van het kasteel weggehold.
 
Intussen arriveert magister Pas bij het kasteel met de voorspelde veewagen. Tom Poes stuit aan de achterkant op de dames Netelblom, Putter en Doddel. Heer Bommel onderhoudt de weer opgedoken Joost streng over zijn afwezigheid na een vrije avond. Terwijl de drie dames hun strategie beramen, klimt Tom Poes door het open keukenraam naar binnen en werpt het droeselkruid op de vloer waarbij hij de trullen roept. De drie dames volgen geruime tijd later, na een kistje als opstapje te hebben gevonden.