Representatie (psychologie): verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Albert Kok (overleg | bijdragen)
Geen bewerkingssamenvatting
Pompidombot (overleg | bijdragen)
Regel 21:
Kennis is vastgelegd in netwerken van zenuwcellen in de hersenen. Deze kennis kan bijvoorbeeld betrekking hebben op ruimtelijke eigenschappen (waar een voorwerp zich bevindt) of niet-ruimtelijke eigenschappen van objecten (zoals kleur, vorm, beweging e.d.). Een voorbeeld van een eenvoudig netwerk wordt in de figuur hiernaast gegeven. Het voorbeeld toont verschillende soorten verbindingen of banen tussen de neuronen in het netwerk. Zo zijn er opstijgende (afferente), afdalende of terugkerende (feedback), en parallelle banen.<ref>Fuster, J. (1995). Memory in the cerebral cortex. London, MIT Press</ref> Een netwerk kan in een passieve toestand verkeren, zoals het geval is bij het [[langetermijngeheugen]]. In passieve toestand blijft de sluimerende kennis behouden in de vorm van de ''configuratie van gewichten'' van de verbindingen in het netwerk. Een ander woord hiervoor is: sterkte van de [[synaps]]en. Het netwerk kan ook in een actieve toestand verkeren, bijvoorbeeld als een prikkel uit de buitenwereld het netwerk activeert of als informatie moet worden opgezocht. De actieve toestand komt tot uiting in het ''patroon van activaties'' in het netwerk. De input van één enkel neuron kan voldoende zijn om alle neuronen in het netwerk te laten 'vuren'. Een dergelijk activatiepatroon kan vanwege het tijdelijk karakter ook gezien worden als een manifestatie van het [[kortetermijngeheugen]].
==Ruimtelijke en object representaties==
Onderzoek bij ratten toont aan dat zich in de [[Hippocampus (hersenen)|hippocampus]] een representatie van de ruimtelijke omgeving, een zoheten ''spatiele kaart'' bevindt. Ratten met laesies van de hippocampus zijn niet meer in staat hun weg te vinden in doolhoven<ref>Morris M.G.M. et al, (1982) Place navigation impaired in rats with hippocampal lesions. Nature, 297, 681-683</ref> Er zijn aanwijzingen dat zich ook in de hippocampus van mensen 'plaatscellen' bevinden. Dat zou vooral gelden voor de rechterhippocampus<ref>Hartley et al. (2003) Neuron, 37, 877-888</ref>. Ook de [[pariëtale kwab]] is betrokken bij de vorming van spatiële representaties die interactie met de omgeving facliteren (bijv. in de vorm van grijpen en reiken naar voorwerpen). De pariëtale cortex maakt deel uit van de z.g. 'waar' route in het visuele systeem, die dorsaal (aan de rugzijde) loopt van de posterieure cortex. Laesies in dit gebied kunnen gepaard gaan met het verschijnsel [[neglect]]; een onvermogen objecten te herkennen in de ruimte contralateraal (tegenover) de plaats van de laesie. De [[temporale kwab]] daarentegen is meer betrokken bij herkenning van objecten. Gebieden in de [[inferotemporale cortex]] maken deel uit van de 'wat' route in het visuele systeem<ref>Gazzaniga, M.S. et al. (2002) Cognitive Neuroscience. Second Edition. Norton & Company, New York)</ref>. Informatie is hier zodanig gecodeerd dat voorwerpen of objecten (bijv. gezichten, bekende voorwerpen) worden herkend ondanks verschillende ruimtelijke oriëntatie of belichting. Dit verschijnsel staat bekend als [[objectconstantie]]. Bij beschadiging van het gebied kan [[visuele agnosie]] optreden; een onvermogen om objecten te herkennen of te benoemen.