Complementeerder: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
kGeen bewerkingssamenvatting
GrouchoBot (overleg | bijdragen)
clean up met AWB
Regel 9:
== Grammaticalisatie ==
 
Als gevolg van [[grammaticalisatie]] gaan complementeerders in de loop van eeuwen vaak tot een andere [[lexicale categorie]] behoren dan die waar ze oorspronkelijk onder vielen. Dit gebeurt bijvoorbeeld veel met [[determinatief| determinatieven]].
 
Een voorbeeld in het [[Nederlands]] is het [[aanwijzend voornaamwoord]] ''dat''. In de loop der eeuwen is dit ook een complementeerder geworden: ''Ik weet dat het zo is''. In het eigentijdse Nederlands doet zich iets soortgelijks voor met het [[vragend voornaamwoord]] ''hoe'': in de zin ''Hij vroeg hoe het ervoor stond'' heeft dit vragend voornaamwoord eigenlijk al iets meer de functie van complementeerder.
Regel 23:
 
De modern [[Hebreeuws]]e complementeerder ''she-'' [∫e], "dat", dat tevens een [[betrekkelijk voegwoord]] is, stamt van de oud-Hebreeuwse complementeerder ''she-'', die op zijn beurt weer mogelijk een verkorte vorm was van het betrekkelijke voegwoord ''asher'' dat samenhangt met het [[Akkadisch]]e ''ashru'', "plaats". Het Oudhebreeuwse betrekkelijke voegwoord ''asher'' komt ook voor in het moderne Hebreeuws, maar is minder gebruikelijk dan ''she-''. In plaats van ''she-'' wordt in het moderne Hebreeuws ook nog de complementizer ''ki-'' gebruikt, die is afgeleid van het Oudhebreeuwse '' kī'', "omdat". Deze laatste vorm behoort tot de Hebreeuwse [[normatieve grammatica]], maar wordt bij voorkeur gemeden vanwege de overeenkomst in klank met het [[Frans]]e ''que-'' (zie ook [[semantisch-fonetisch aanpassen]]).
 
[[Categorie:Woordsoort]]
[[Categorie:Grammatica]]
 
[[de:Complementizer]]
[[en:Complementizer]]
[[es:Complementador]]
 
 
 
[[Categorie:Woordsoort]]
[[Categorie:Grammatica]]