Burchardivloed: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 6:
Vooral het grote [[waddeneiland]] [[Strand (eiland)|Strand]] werd hard getroffen: het eiland werd uiteen gereten en zo'n 6.000 inwoners kwamen om. Van Strand resteerde alleen de eilandjes [[Nordstrand (eiland)|Nordstrand]], [[Pellworm]] en [[Nordstrandischmoor]], die na de stormvloed herbevolkt werden door Nederlandse kolonisten. Ook de eilandjes ([[halligen]]) [[Nieland]] en [[Nübbel (eiland)|Nübbel]] verdwenen. Op het eiland [[Eiderstedt]] kwamen zo'n 2000 mensen om.
 
De Nederlandse waterbouwkundige [[Jan Adriaanszoon Leeghwater]] was ooggetuige van de stormvloed. Leeghwater was in [[Dagebüll]], een plaats nabij [[Husum (Noord-Friesland)|Husum]], om te werken aan de afsluiting van het [[Bottschlotter Tief]]. Hij publiceerde zijn ooggetuigeverslag van de stormvloed in zijn ''Haarlemmermeer-boek'' (1641).
 
De Burchardivloed volgde maar twee jaar na de [[Sint-Marcellusvloed (1362)|Sint-Marcellusvloed]], ook wel Eerste Grote Mandrenke genoemd, een stormvloed die de kusten van Nederland en Noord-Duitsland teisterde. De volgende stormvloed die de waddenkust zou teisteren was de [[Petrivloed]] van 1651.