Portaal:Astronomie/Uitgelicht/21

De kosmische achtergrondstraling is de warmtestraling die is uitgezonden tijdens de oerknal. Volgens deze theorie was het vroege heelal extreem heet. Terwijl het heelal uitdijde, koelde het af.

Na zo'n 300.000 jaar was het heelal afgekoeld tot zo'n 3000 Kelvin en konden atomen gevormd worden. Elektronen werden gebonden aan protonen en neutronen. Doordat fotonen niet meer gehinderd werden door interacties met elektronen werd het heelal doorzichtig.

Dit licht van het vroege heelal wordt tegenwoordig waargenomen als de kosmische achtergrondstraling. Doordat het heelal sinds die tijd zo'n 1000 keer groter is geworden, is de temperatuur van de achtergrondstraling gedaald tot 3 Kelvin.