Papyrus 34 (in de nummering volgens Gregory-Aland of 34, of P. Vindobonensis, gr. 39784, is een handschrift van het Nieuwe Testament in het Grieks. Het is geschreven op papyrus en bevat de tekst van de IKorintiërs 16:4-7 en 16:10; en II Korintiërs 5:18-21; 10:13-14; 11:2; 11:4; 11:6-7. Op grond van het schrifttype is het toegeschreven aan de 7e eeuw.[1] De Griekse tekst van deze codex is een vertegenwoordiger van de Alexandrijnse tekst. Aland plaatst het in Categorie II.[1] Het wordt bewaard in de Österreichische Nationalbibliothek (P. Vindob. G. 39784) in Wenen.[1]

Papyrus 34
Naam P. Vindobonensis, gr. 39784
Symbool 34
Bijbeltekst IKor. II Kor.
Taal Grieks
Vindplaats Egypte
Huidige locatie Österreichische Nationalbibliothek Pap. Vindob. G. 39784
Publicatie C. Wessely, Stud zur Pal und Pap XII, (Leipzig 1912), pp. 246
Teksttype Alexandrijnse tekst
Categorie II

Zie ook

bewerken
  1. a b c Kurt Aland, en Barbara Aland, The Text of the New Testament: An Introduction to the Critical Editions and to the Theory and Practice of Modern Textual Criticism, transl. Erroll F. Rhodes, William B. Eerdmans Publishing Company, Grand Rapids, Michigan, 1995, p. 98.

Literatuur

bewerken
  • C. Wessely, Studien zur Paläographie und Papyruskunde XII, (Leipzig 1912), pp. 246.
  • Ellwood M. Schofield, The Papyrus Fragments of the Greek New Testament, Southern Baptist Theological Seminary, Louisville, 1936, pp. 246-252.