Overleg:Anastigmaat

Laatste reactie: 13 jaar geleden door Stunteltje

Geometrische optica was nooit mijn favoriete schoolvak en - toegegeven - ik snap er niet zoveel van. Dus mijn vraag aan degene die dit artikel nu bewerkt is, om zo mogelijk de gebruikte begrippen om te zetten naar beschrijvingen of ze even te linken. Ik zou dat zelf gedaan hebben als er niet op dit moment niet iemand het artikel aan het bewerken is. --Stunteltje (overleg) 11 mei 2011 08:13 (CEST)Reageren

Dat wil ik best doen, maar wilt u dan eerst wat duidelijker aangeven wat u bedoelt? Ik snap niet over welke begrippen u het zoal hebt. Kunt u concrete termen noemen die u graag gelinkt zoudt willen zien? » HHahn (overleg) 11 mei 2011 11:30 (CEST)Reageren
Het is gewoon voor mij altijd lastige materie gebleven, geef mij maar elektriciteit ;=) Ik bedoelde dat ik het "sagittale en het meridionale beeld" wel op het schema ernaast zie staan, maar op deze manier (nog) niet begrijp waar het probleem zit. That's all. --Stunteltje (overleg) 11 mei 2011 11:43 (CEST)Reageren
Aha, het gaat dus over de termen "sagittaal" en "meridionaal". Wat die in deze context betekenen, staat volgens mij toch duidelijk in het onderschrift van de afbeelding. Het meridionale vlak is het vlak dat zowel door de optische as gaat als door het voorwerpspunt. (Inderdaad, nij ieder punt van een voorwerp hoort een meridionaal vlak, en dat is niet voor alle punten hetzelfde.) Het sagittale vlak gaat ook door het voorwerpspunt en het middelpunt van de lens, maar staat loodrecht op het meridionale vlak. Het heeft weinig zin, dit ook en de artikeltekst zelf uit te leggen, omdat de artikeltekst deze termen verder niet gebruikt. (Bedenk dat het lensoppervlak een plakje van een bol is. Het meridionale vlak snijdt deze bol langs een "meridiaan" (denk aan de noord-zuidcirkels over de aarde). Vandaar de term. "Sagittal" betekent zoiets als "pijlvormig", maar hoe ze daaraan komen weet ik ook niet.) Stralen in het meridionale vlak blijken(!) een ander brandpunt te hebben dan stralen in het sagittale vlak. Of we het nu begrijpen of niet, het blijkt gewoon zo te zijn. Dat moeten we accepteren. We kunnen het hooguit trachten te beschijven.
Astigmatisme is bepaald niet de eenvoudigst voor te stellen afbeeldingsfout. U zult beslist niet de enige zijn die hier moeite mee heeft. Het heeft, lijkt mij, weinig zin om te proberen deze te begrijpen als u niet eerst de wat meer basale artikelen over optica begrijpt. Ik denk dan vooral aan Lens (optica). Dáárin staat vrijwel niets over afbeeldingsfouten, omdat dat juist het eenvoudigste geval betreft. En begin voor de afbeeldingsfouten dan eerst met chromatische aberratie (in feite een gevolg van ene materiaaleigenschap), en dan de sferische aberratie.
Het is wellicht het makkelijkst als u astigmatisme gewoon "accepteert" als een eigenschap die een lens nu eenmaal heeft. Bij stralen die slechts een kleine hoek met de optische as maken („paraxiale benadering”), speelt deze fout een verwaarloosbare rol, net als andere beeldfouten, zoals sferische aberratie en chromatische aberratie.
Misschien helpt het volgende een beetje. Natuurkunde (en dus ook optica, maar óók elektromagnetisme!) is beslist geen wiskunde! Het is een veel voorkomend misverstand dat "wis- en natuurkunde" twee nauw verwante vakken zouden zijn. Maar methodolgisch zijn ze zio ongeveer elkaars tegengestelde! In de wiskunde ga je uit van enkele axioma's en bouwt daar vervolgens langs deductieve (afleidende) weg een heel systeem uit op. In de natuurwetenschappen (natuurkunde, scheikunde, biologie, en nog vele meer) ga je uit van bestaande systemen die er ook al waren vóórdat men ze ging bestuderen. Dat laatste, hier vetgedrukte, is essentieel voor een goed begrip. In de natuurwetenschappen geldt, populair gezegd: "Het is nu eenmaal zo, kijk maar!". Het blijkt dat allerlei dingen allerlei eigenschappen hebben. Het blijkt dat glas doorzichtig is, dat metalen elektriciteit geleiden, etc., etc. Wat de natuurwetenschappen vervolgens doen, is niet dingen deductief afleiden (wat trouwens een pleonasme is), maar in de eerste plaats de waarnemingen beschrijven en trachten er verklaringen voor te vinden op basis van wat men al eerder wist. Vervolgens tracht men er conclusies uit te trekken. Wiskunde is hierbij slechts een (zeer belangrijk) gereedschap, maar meer ook niet.
Een elektrisch voorbeeld (daar was u meer in thuis, zei u): De wet van Ohm luidt strikt genomen niet "spanning = stroom maal weerstand", maar "spanning is evenreding met stroom", oftwel "spanning gedeeld door stroom is constant". Die constante, dus de verhouding tussen spanning en stroom, noemt men de "weerstand" van dat stuk draad of wat dan ook. Dat laatste is een afspraak. Die afspraak is zodanig gemaakt dat de uitspraak "spanning = stroom maal weerstand" klopt. Maar hij klopt alleen dank zij die afspraak. Neem een gasontladingsbuis (een tl-buis zonder voorschakelapparaat bijvoorbeeld), of een diode, of een transistor, of wat dan ook: daar klopt de wet van Ohm niet meer als de spanning of de stroom teveel toeneemt. De verhouding tussen spanning en stroom, dus de weerstand, is hier niet constant.
Waar veel mensen nu problemen mee lijken te hebben, is dat ze denken dat natuurwetenschappen ook dingen afleiden, zoals in de wiskunde. Dat is dus niet het geval.
Ik zal nog eens kijken of het zin heeft een artikel te schijven over de begrippen "meridionaal" en "sagittaal"
» HHahn (overleg) 11 mei 2011 12:25 (CEST)Reageren
In de allereerste plaats hartelijk dank voor de uitvoerige uitleg. Voor mij ging het licht aan door de opmerking over de verschillende brandpunten horizontaal en vertikaal. Dat maakt veel van het probleem duidelijk. Ga me er nog eens extra in verdiepen, want als techneut hoor ik dat zeker te doen. --Stunteltje (overleg) 11 mei 2011 22:33 (CEST)Reageren
Terugkeren naar de pagina "Anastigmaat".