Organische architectuur

een filosofie over architectonische vormgeving die is ontstaan in de vroege 20e eeuw, en die stelt dat de structuur en het uiterlijk van een gebouw op organische vormen moet zijn gebaseerd en dat het met zijn natuurlijke omgeving moet overeenstemmen

Organische architectuur is een stroming in de architectuur die rond 1900 opkwam. De stroming komt voort uit een zoektocht naar een nieuwe 'stijl' die moest passen bij de eigen tijd, zonder dat werd teruggegrepen op stijlkenmerken uit het verleden. Daarnaast probeert de organische architectuur een oplossing te bieden voor de sterke industrialisering en het gebruik van nieuwe materialen. Al sinds de jaren zeventig is er vanuit de organische architectuur veel aandacht voor duurzaamheid en leefbaarheid.

Detail gewelf en zuilen van de Sagrada Família (Antoni Gaudí)

Belangrijke grondleggers van de organische architectuur zijn Antoni Gaudí, Friedensreich Hundertwasser, Rudolf Steiner, Frank Lloyd Wright, Imre Makovecz en Louis Sullivan.

Organische architectuur heeft geen gemeenschappelijke uiterlijke kenmerken, omdat het in organische architectuur gaat om een werkwijze en achterliggende principes in plaats van een vooraf bepaald beeld. Organische architectuur werd om die reden bijna nooit als samenhangende stijl beschreven. Men spreekt sinds de jaren 2010 ook van 'biofiele architectuur'.

Een van de uitgangspunten is dat de functie de vorm bepaalt, ook wel het principe 'form follows function' (FFF) geheten.

Voorbeelden van organische architectuur:

Literatuur bewerken

  • Pieter van der Ree, Organische architectuur, uitgeverij Vrij Geestesleven, Zeist, 2000.
Zie de categorie Organic architecture van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.