Loena 13 (E-6M serie) of Loenik 13 (Russisch: Луна-13) was een onbemand ruimtevaartuig van het Loenaprogramma.

Loena 13
Loena 13
Algemene informatie
Andere namen Loenik 13
NSSDC ID 1966-116A
Organisatie Sovjet-Unie
Aannemers GSMZ Lavochkin
Lancering 21 december 1966 10:17:00 UTC
Lanceerplaats Kosmodroom Bajkonoer
Gelanceerd met Molniya 8K78M (4-Stage R-7/SS-6)
Missielengte 6 dagen.
Laatste contact 28-12-1966; 06:13 UTC.
Baanhoogte geland op 24-12-1966 18:04 UTC;
Locatie 18°52'Nb 62°3'Wl (maancoördinaten)
Portaal  Portaalicoon   Astronomie
Ruimtevaart

Loena 13 werd vanuit een parkeerbaan om de aarde naar de Maan gelanceerd en voerde op 24 december 1966 een zachte landing uit in de Oceanus Procellarum.

Het omhulsel in de vorm van een bloemblad ging open, antennes richtten zich op en vier minuten na de landing was er al radiocontact. 25 en 26 december verzond het ruimteschip panoramafoto's van het maanlandschap bij verschillende zonnestanden. Elk panorama vergde honderd minuten om door te sturen. Het ruimtescheepje was uitgerust met instrumenten om de sterkte en de fysische eigenschappen te meten en met een stralingsmeter om gegevens te kunnen verzamelen over de mechanische en fysische eigenschappen van het maanoppervlak en de mate van weerkaatsing van kosmische straling te bepalen. De uitzendingen van Loena 13 stopten op 28 december 1966.

Loena 13 was, na Loena 9 en Surveyor 1 het derde ruimtevaartuig dat met succes een zachte landing uitvoerde op de Maan. De sonde landde 24 december 1966 om 18:01 UT in de Oceanus Procellarum tussen de kraters Krafft en Seleucus, 18°52' NB EN 62°3' WL. Anders dan zijn voorganger, had de zwaardere Loena 13-lander (113 kilogram) naast fotoapparatuur wetenschappelijke instrumenten bij zich. Een drieassige versnellingsmeter in het landingsgestel registreerde de krachten bij de landing om de structuur van de bodem te kunnen berekenen tot 20 à 30 centimeter diepte.

Twee verende uitsteeksels werden eveneens in stelling gebracht. Een daarvan bevatte een penetrometer die de kracht kan meten die nodig is om het regoliet van de maanbodem te doordringen; het apparaat meet dit met een kleine hoeveelheid explosief. Het andere uitsteeksel had een "backscatter densitometer" die de dichtheid van het regoliet van de maanbodem op korte afstand kon meten. Vier infrarooddetectoren maten de temperatuur van het maanoppervlak; om 12 uur 's middags, op het hoogste punt van de dag, was dit 117 graden.